Motel Detroit 1

Casanova

Dogepaleis en Piombi

Casanova ontsnapt uit de gevangenis
  • Download als WORD bestand
  • Download als PDF bestand

Doge

Doge was de titel van het staatshoofd van een aantal Italiaanse republieken. Het woord is verwant aan het Latijnse dux, dat leider betekent, maar wordt ook als hertog vertaald. Het meervoud is in het Italiaans Dogi of Dogen. De echtgenote van de doge, er waren geen vrouwelijke dogen, werd wel Dogana genoemd.
De Venetiaanse doge werd aanvankelijk door de burgers gekozen maar later namen de Venetiaanse patriciërs de rol van kiescollege over. Naarmate de staatsinrichting zich meer aristocratisch ontwikkelde, werd het gezag van de doge beperkt. Er kwam een grote raad met 470 leden en een kleine raad met zes leden, de edelen vormden een college met 60 leden. Elk van deze colleges had eigen bevoegdheden en controleerde de andere staatsorganen zodat er geen monopolie op de macht kon ontstaan. Bij officiële gelegenheden droeg de doge een mantel en een bijzonder gevormde hoed als teken van zijn waardigheid.
De functie van doge ontwikkelde zich aan het eind van de 13e eeuw van absoluut vorst tot ceremonieel staatshoofd. De doge werd in zijn publiek- en privaat leven met tal van beperkingen omgeven: slechts aan Italiaanse vorsten mocht hij zijn verheffing melden, brieven van de paus en van vorsten mocht hij niet zelf openen, hij mocht de stad niet verlaten, mocht geen verwanten aan vreemde regerende huizen uithuwelijken; de leden van zijn familie werden van publieke ambten uitgesloten; kleding, hofstaat, gevolg werden nauwkeurig voorgeschreven.
Het toezicht op de doge werd nog verscherpt door het instellen van Signoria, de raad van de hoge staatsambtenaren van de republiek, waarin de doge was opgenomen. Het ambt van doge bleef bestaan tot de val van de republiek in 1797.
De dogen woonden in schitterende, maar makkelijk af te luisteren vertrekken in het Dogepaleis in Venetië. Eens per jaar ‘huwde' de doge op ceremoniële wijze met de Adriatische Zee door vanaf een schitterende galei een ring in het water te werpen.
Het Dogepaleis (Italiaans: Palazzo Ducale) aan het San Marcoplein in Venetië was het paleis van de doge, de leider van de Republiek Venetië. Het is een van de belangrijkste niet religieuze bouwwerken in de gotische stijl. Het paleis was de residentie van de doge en huisvestte de kantoren van enkele politieke instituten van de Republiek Venetië, die nu niet meer in gebruik zijn. Gelijkvloers waren de kantoren van de juristen; het kantoor van de kanselier, de censuur en die van de vlootambtenaren. De ‘piombi, cellen uit de 16e eeuw voor zware criminelen. Aan de achterkant van het paleis verbindt de Brug der Zuchten het paleis met de gevangenis.

Dogepaleis
Dogepaleis Venetië

Piombi

De piombi is de naam voor de kerkers onder het dak van het Dogepaleis in Venetië. De naam is afgeleid van ‘piombo', Italiaans voor lood, een verwijzing naar de zware loden platen op het dak. In de zomer was de gevangenis onleefbaar heet, in de winter was het er steenkoud.
De piombi zijn beroemd en berucht geworden als staatsgevangenis van de Serenissima Republiek Venetië. De gevangenen kregen niet te horen waarom ze waren gearresteerd of ze waren veroordeeld en hoe lang hun straf zou duren. De logica was dat ‘een onschuldig man extra werd gestraft door de wetenschap onschuldig te zijn veroordeeld en een schuldig man zelf wel kon bepalen welke straf hij verdiende'. Behalve 7 cellen, de ‘camerotti', waren er in de piombi ook verhoorkamers, martelkamers en executiekamers. De gevangenen, meestal intellectuelen en voorname burgers, konden maaltijden van buiten laten komen of de cipiers voor zich laten koken.
De piombi werden voor die tijd goed schoon gehouden en er was geneeskundige verzorging beschikbaar. De gevangenen in de piombi ontvingen hiervoor een kleine toelage. Een lid van de Raad van Tien, het orgaan dat streng en meedogenloos over de politieke en maatschappelijke rust in Venetië waakte, stuurde één keer per maand een van de leden naar de piombi om de cellen te inspecteren. In heel Europa golden de Venetiaanse justitie, de inquisitie van de Venetiaanse Republiek, de piombi en de pozzi desondanks als een voorbeeld van staatsterreur en onrecht. Napoleon maakte met het opheffen van de Republiek ook een einde aan het ook door hem verfoeide justitiële systeem van Venetië.
Slechts twee gevangenen wisten in de loop der eeuwen uit de piombi te ontsnappen. Giacomo Casanova en de door hem meegetroonde ontaarde priester Marino Balbi. Dat gebeurde op 31 oktober 1756. Casanova werd wereldberoemd met zijn voordrachten over de ontsnapping en zijn later gepubliceerde relaas, de ‘Histoire de ma fuite des prisons de la République de Venise qu'on appelle les Plombs'. Andere gevangenen waren Giordano Bruno, Silvio Pellico, Daniele Manin en Nicholas Tommaseo.
Behalve de in 1610 ingerichte piombi onder het dak waren er naast het Dogepaleis ook vochtige cellen in de kelders. Deze ‘pozzi' of putten werden door de ‘Brug der zuchten' bereikt. Men overleefde een verblijf in deze cellen niet lang. Het verblijf in deze vochtige cellen was voorbehouden aan ‘gewone' misdadigers en gold als een verkapt doodvonnis. De piombi werden gebruikt voor de meer prominente gevangenen. Ook waar het de gevangenissen aanging was Europa in de 17e en 18e eeuw een maatschappij waar rang en stand zwaar telden. De piombi zijn wat dat betreft vergelijkbaar met de gevangenissen in de Bastille, de Tower van Londen en het Kasteel van Vincennes waarin de koningen hun bevoorrechte gevangenen opsloten.
Tegenwoordig kunnen de piombi door kleine groepen in de ‘Itenari Segretti', de ‘geheime' bezichtiging worden bezocht. Aan deze bezichtigingen wordt weinig ruchtbaarheid gegeven. Men moet van tevoren reserveren.

Piomi, loden dak
Piombi; loden dak op Dogepaleis in Venetië
| Meer