Zie De Appel Buiten
08 Festival

Achtergrond 08 Festival - Odyssee naar Malawi

video's van Karin Louwers

Beste allemaal,

Zo'n tweeënhalve week geleden ben ik in Malawi, het warme hart van Afrika, aangekomen. Het waren enerverende weken, waarin ik tussen allerlei emoties en gedachten ben geslingerd. Ik wil jullie er graag over vertellen en ik zal jullie op de hoogte houden van wat er op theater gebied nog gaat gebeuren.
Om meteen met de deur in huis te vallen: Malawi is een van de armste landen ter wereld: 85 % van de bevolking leeft op het platteland (rural area) en dat betekent extreem arm. Het moment dat ik uit het vliegveld stapte zal ik nooit vergeten......

Nu zit ik gevangen in een land vol armoede en daar kom ik voorlopig niet meer uit. Een taxichauffeur, die zich vanaf het moment dat ik in zicht ben aan mij vastklampt, brengt me naar het hotel. Zijn naam is Dausj. Een vrolijke jongen, die niet wenst te stoppen voor anderen. Hij laat me het huis van de president zien (he's my uncle!) en de fabriek waar echt Malawiaans bier wordt gemaakt. Maar het uitzicht overvalt me: kinderen die gedroogde muisjes proberen te verkopen en mensen op blote voeten, die zware spullen met zich mee dragen op het hoofd, torenhoog op de fiets of met een wagentje voortgetrokken door twee stieren. Ik kan niet anders dan uitbrengen: 'Wow, it's just like the pictures'. Dausj lacht erom. Hij denkt dat ik de schoonheid van de omgeving bedoel. Ik weet wel beter.
De busreis de volgende dag naar Blantyre, waar ik mijn zus zal ontmoeten is een reis voor welgestelde Malawianen. Dat is meteen duidelijk. Ik erger me aan twee blanke mensen die zich ook bij het vertrekpunt verzamelen. Een grote, stevige man die net iets te hard tegen de jonge taxidriver roept: 'Ok Alfred, my friend, thank you very much! You're a very nice guy dealing with. And I can make jokes with you right?! We're having fun!' Net iets te jolig. Je kunt ook gewoon normaal doen, maar ach ik weet ook nog niet goed hoe ik me moet gedragen.
Lemen hutjes, halve stenen huisjes, gigantische uitzichten; we razen overal voorbij. En ik krijg even de tijd de pictures werkelijkheid te laten worden. Driemaal komt er een zwaarbewapende agent de bus in om de tassen te controleren. Bij zo'n stop staan meteen tientallen mensen rond de bus te dringen met schalen bananen, aardbeien, maïs, uien, van alles. Het is gek. Ik heb me nog nooit zo blank gevoeld. Mensen kijken naar me en maken grapjes over me. Mzungu! (blanke!). Give me money! Give me pen! Give me the bottle! Ik voel me schuldig. Ik hoop maar dat ze geen wraak op mij willen nemen voor wat ik allemaal heb. Ik ben voortdurend erg alert. Ik probeer vriendelijk te lachen, maar als iemand onschuldig boe! tegen me roept, zou ik me dood schrikken.

Het is geweldig dat ik een dag met mijn zus en de Nederlandse chirurg mee mag lopen. Ze hebben diverse ziekenhuizen bezocht om daar Clinical Officers te trainen. Sowieso ben ik erg blij de vrouw van de chirurg te zien, die mij naar hen toe brengt. Ik heb haar nog nooit gezien, maar het voelt vertrouwd. Het lijkt alsof ik een handvat krijg voor hoe ik me als westerse kan gedragen en verhouden tot de mensen en het land.
Het is in een woord mega om de dag met de chirurg mee te maken. Het is ongelooflijk hoe creatief en inventief er moet worden gedacht bij gebrek aan middelen. Wat als de patiënt ‘open' ligt en er geen hechtdraad meer is? Wat als de operatieassistent niet de goede dingen aangeeft? Wat als het afzuigapparaat niet in het stopcontact blijft zitten? Wat als dit meisje vandaag weer niet is geopereerd?

Vanuit Blantyre hebben we een uitstapje gemaakt naar Mua Mission, een katholieke missie gesticht door de zogenaamde White Fathers (Witte Paters ... bekend om hun witte gewaden die leken op inheemse Afrikaanse kleding) in 1902. In Mua Mission ligt het ‘KuNgoni centre of culture and art' dat is opgericht door Father Bouchard, een Frans Canadese missionaris. Het museum geeft een overzicht van de tradities en rituelen van de drie stammen (de Chewa, de Ngoni en de Yao) die Malawi rijk is. Door middel van fotocollages en beelden krijgen we uitleg over de gewoonten bij verschillende stammen tijdens geboorten, het volwassen worden van de vrouw, het volwassen worden van de man, huwelijken, begrafenissen, overlijden en beëdigen van de chief. Veel tradities en rituelen zijn nog aan de orde van de dag, zeker in de rural area. Bij het museum is een carving centre, waar lokale houtsnijkunstenaars aan het werk zijn. De houtkunstwerken werden voorheen over de hele wereld geëxporteerd zonder dat de naam van de kunstenaar was geregistreerd. Mua Mission zorgt ervoor dat dat nu wel zo is en steunt meer dan 100 houtsnijkunstenaars in de omgeving.
In een aangelegde tuin met de meest prachtige bloemen en planten staan allemaal luxe ronde Afrikaanse hutten, waar we kunnen slapen. Elke hut heeft zijn eigen masker van de Gule Wamkulu. De Gule Wamkulu is een geheim traditioneel dansgenootschap binnen de Chewa, waarbij de dansers verschillende maskers dragen. Tijdens de dansen worden zo de belangrijkste geesten van de Chewa tot leven gebracht. De geesten met hun maskers spelen een belangrijke rol bij de verschillende tradities en rituelen en staan voor bepaalde normen en waarden (Op dit moment is er in het Tropenmuseum een indrukwekkende fototentoonstelling van de Canadese fotograaf Douglas Curran. Hij heeft vriendschap met chief Chitule gesloten en is ingewijd in zijn genootschap. Hij heeft elke danser met masker en kostuum apart vastgelegd. Tot en met 23 september. Erg mooi! ).
Mua Mission is gelegen op een berg tegenover het dorpje Mua, ertussen stroomt een rivier. Vanuit de hut kunnen we het dorpje zien. De rivier wordt volop gebruikt; vrouwen wassen er de maïs en de kleding en de kinderen zwemmen, drinken, plassen en poepen erin. Het plaatje uit het aardrijkskundeboek van vroeger zie ik in levende lijve voor me. Armoede zien en ruiken is van een andere orde en erg dubbel vanuit die schitterende Afrikaanse hut.

Nog steeds ben ik iedere avond doodmoe van alle indrukken. De bedrukkende sfeer van de grote stad vergt veel energie. Zoveel bedelaars, die vragen om geld. Dikwijls vraag ik me af of het ooit nog goed kan komen. En zo ja, hoe we hulp kunnen bieden. Zijn dat niet alleen druppels op een gloeiende plaat? Na een aantal dagen in de stad ben je echt toe aan het ontmoeten van lichtpuntjes. Mensen en gesprekken die weer een sprankeltje hoop en moed bieden.
De Nederlandse consul en Titus zijn van die lichtpuntjes. De consul nodigde ons uit om met haar mee te gaan naar twee weeshuizen. Zij heeft in deze omgeving verschillende weeshuizen onder haar hoede. Met behulp van fondsen en donoren probeert ze onderdak, eten, drinken, kleding, bedden, mogelijkheden tot onderwijs voor de kinderen etc te realiseren. Daarnaast probeert ze samen met Titus, sportleraar in het leger van Malawi en net terug van een missie in Afghanistan, de kinderen wat afleiding te bieden door te sporten. Hij speelt rotatie-volleybal, een versimpelde versie van het volleybal spel, met de kinderen.
Een van de weeshuizen is opgericht door een pastor en zijn vrouw. Toen de consul er voor het eerst kwam, zag ze de 63 kinderen totaal ondervoed en verwaarloosd. De kinderen aten en likten de kalk van de muren. Simpel gezegd, het was een grote puinhoop. De pastor en zijn vrouw doen alles wat ze kunnen voor de kinderen, maar zonder geld is weinig te beginnen. Inmiddels is een groot gedeelte van het weeshuis opgeknapt. De kinderen hebben een eigen bed met kistje voor al hun spulletjes en is er een gescheiden jongens en meiden slaapkamer. Ze hebben kippen en geiten gekregen en verbouwen zelf groenten om in hun eigen onderhoud te kunnen voorzien. Er is nog geen elektriciteit, de kinderen studeren 's avonds met een kaarsje. Er zijn inmiddels wat tafels en stoelen gebracht, zodat ze niet meer met hun kaarsje op hun bed onder het muskietennet zitten (brandgevaarlijk!). Titus kwam hier voor de eerste keer om te sporten. Het leven is hard als er niemand om je geeft, maar bij de warming-up van Titus met veel beweging en zang zie ik allemaal lachende gezichten. Het is zo'n ongelooflijk succes dat zelfs de pastor en zijn vrouw zich nauwelijks in bedwang kunnen houden om ook mee te doen. Het is fantastisch om te zien hoe Titus vol energie de kinderen opzweept en motiveert. En wat heb ik een respect voor de pastor en zijn vrouw die ondanks alles voor de kinderen willen zorgen. Ongelooflijk om te bedenken dat ze drie maanden geleden nog zijn overvallen. De pastor heeft toen de deur gebarricadeerd, maar er is volop geschoten. Er is op het ogenblik een bende die verschillende weeshuizen aanvalt als ze denken dat er geld is.
De consul vertelt dat ze veel wil regelen voor de kinderen, maar dat ze zelf het initiatief moeten nemen. Onderweg wordt ze gebeld door Brian een jongen uit het weeshuis. Omdat hij een van de vijf kinderen is die naar school mag, zou hij graag schoenen willen. De consul: ‘What's this Brian? It's Africa! We should walk bare feet! Ok, Brian, I'll see what I can do!' De consul heeft een geweldig gevoel voor humor, die om het werk goed te doen nodig is. In Nederland ben ik soms nogal de draad kwijt als het gaat om goede doelen. Wat heeft nu eigenlijk werkelijk zin? Maar op deze dag zag ik dat er wel degelijk een klein verschil gemaakt kan worden.

De komende weken zal ik aan mijn theatrale missie beginnen! Ik zal Nanzikambe Theatre bezoeken, een toneelgezelschap dat wordt geregisseerd door een Engelse regisseuse. Zij speelde eerder Hamlet, Macbeth en de Little Prince en toerde daarmee door Malawi, Zimbabwe en de UK. Ik zal bij hen een workshop volgen en de regisseuse aan de tand voelen. Hoe Malawiaans is het theater van een Engelse regisseuse eigenlijk?
Verder heb ik een afspraak met de bekendste komiek van Malawi. En ik zal de organisatie Story Workshop vergezellen naar een klein dorpje om met die mensen een theaterstuk te maken om hen voor te lichten over AIDS.
Van alles en nog wat te doen! Ik doe mijn uiterste best alles vast te leggen, zodat ik jullie volgend jaar tijdens het festival 08 De Appel meets South Africa een indruk kan geven van theater in Malawi.

Het is een hoop geregel, gebel en gewacht, maar ik troost me met een gezegde vanuit hier:

Wij hebben de tijd, in Europa hebben ze klokken.

Take care!

Odyssee naar Malawi, deel 2

Toneelstuk in village
Moet ik deze reis wel maken? Ga ik nu met mijn theateropleiding een soort ontwikkelingswerk doen? Dat is toch totaal mijn ambitie niet? Dat is toch niet wat ik met deze opleiding wilde bereiken? Ik wil theater maken! Mooi, goed en succesvol theater maken! In mijn laatste jaar van de toneelschool wil ik goede stages doen, waarmee ik ook veel contacten kan leggen. Is het slim om naar Malawi te gaan met het oog op de toekomst?

Theater maken in een van de armste landen van de wereld heeft zin.

Dat is een van de redenen waarom Melissa Eveleigh op haar 23ste besloot in Malawi te blijven. Nanzikambe Theatre is de Malawiaanse theatergroep, die door deze Engelse regisseur geleid wordt. Zij kwam in 2003 naar Malawi om bij de organisatie Story Workshop als stagiaire theaterervaring op te doen ‘over de grenzen'. Na dat jaar is ze er gebleven en heeft ze haar eigen theatergroep opgericht, om theater in Malawi te ontwikkelen. Inmiddels heeft ze een grote groep Malawiaanse acteurs om zich heen verzameld en boeken ze samen volop succes. Haar huis is het kantoor, haar tuin een grote opslagplaats voor decorstukken. Naast het opvoeren van klassiekers als Hamlet, Macbeth en het Noorse Nora, geeft Nanzikambe ook workshops aan village activators. Aan een van deze workshops mocht ik deelnemen.

Village activators kan ik het beste omschrijven als jonge jongens en meiden die erg van theater houden en daar in hun village ( lees: gegroepeerde lemen of houten hutjes, wat kippen en geiten en soms een waterpomp, soms ook niet ) wat mee willen doen. In zo'n workshop leren ze bijvoorbeeld hoe een scène is opgebouwd. Na deze workshop verzamelen ze thema's in hun eigen dorp die zij belangrijk vinden en maken er scènes van om ze met hun dorpsgenoten te delen. Melissa werkt veel vanuit de werkwijze van Augusta Boal, waarbij het publiek heel actief aan het stuk deelneemt.

Het is ongelofelijk met wat voor energie de warming-up aan het begin van iedere dag van de workshop wordt ingezet. Vervolgens worden speloefeningen gedaan en werken we aan scènes die we aan het eind van de week aan elkaar laten zien. Melissa neemt veel tijd voor het nabespreken en is scherp, maar opbouwend in haar kritiek. Een terugkerend onderwerp in de scènes is verkrachting. Het publiek lacht er hard om. Ik niet. Ik heb er een ander gevoel bij als een meisje door vier jongens keer op keer wordt verkracht. En het is niet zomaar een meisje; de jongens verbeelden dat het Basimenye, de regieassistente is. Melissa gaat echter alleen in op de al dan niet kloppende opbouw van de scène.

Na iedere workshopdag ben ik echt moe van alle indrukken en moe van het in me opnemen van de reacties van het publiek, die tegengesteld zijn aan mijn eigen gevoel. En eigenlijk ben ik ook moe van de zweetlucht die in de zaal hangt en van iedereen die niet gewoon naast, maar tégen je aan komt zitten. Ik ben heel benieuwd naar het verhaal van Melissa. Ze krijgt veel kritiek. Het is wel erg makkelijk om als blanke regisseur een theatergroep te beginnen in een land waar op het gebied van theater geen concurrentie is. Na ontelbare telefoontjes en het honderd keer verzetten van de afspraken, lukt het me haar te spreken. ‘I just want to create theatre that matters,' zegt ze. ‘Theatreplays I see in London pretend to matter, but most of the time that's bull shit!' Ik ben erg onder de indruk van haar uitgebreide verhaal. Ik zit nog midden in alle moeilijkheden en emoties die ik tegenkom bij het ontdekken van deze totaal andere cultuur. Om in zo'n land een succesvol werkende groep op te zetten, is veel moed en doorzettingsvermogen nodig.

Ik vraag haar waarom ze in Malawi Europese klassiekers wil brengen. Haar uitleg overtuigt me van een mooie werkwijze om in Malawi theater te ontwikkelen. Ze liet voor het stuk Nora van Ibsen een Noorse schrijver met een Malawiaanse schrijver samenwerken om het stuk om te zetten naar de Malawiaanse context. Onderdrukking van de vrouw is in dit land aan de orde van de dag.

Enkele dagen later bezoek ik haar meest recente voorstelling in de universiteit van Zomba met de titel: Accidental Death of Democracy. Deze voorstelling is gemaakt vanuit de vraag: vijftien jaar na het dictatoriale regime, hoe ver staat het nu eigenlijk met de democratie in Malawi? In het stuk wordt weergegeven welke elementen en systemen de vorming van een goede democratie in de weg staan. Het valt mij op hoe concreet de situaties op het toneel zijn. Er is niet oneindig gezocht naar een passende metafoor. Op het toneel staan dorpsgenoten met de chief, de zakenman en de politicus. Achteraf komt er een hevige discussie opgang. De studenten discussiëren over welke personages volgens hen nu wel en welke niet democratisch te werk gaan.

repeteren workshop Nanzikambe
Eén van de jongens van Nanzikambe nodigde me tijdens de workshop uit om bij zijn eigen dramagroep te komen kijken. Ik beland midden in een vergadering van een bedrijf dat zorgt voor de distributie van zaden van vruchten. De directeur van dit bedrijf heeft vriendschap gesloten met een Duitse organisatie die probeert informatie over aids en het belang van condoomgebruik te verspreiden. Alle werknemers zijn verplicht deze vergadering bij te wonen. Een van de werknemers heeft een cursus gevolgd in het ziekenhuis. Nu mag hij zich facilitator noemen. De werknemers kunnen alle vragen die ze hebben over aids vanaf nu aan hem stellen. Na een gezamenlijk gebed begint de facilitator te vertellen over zijn eerste cursusdag in het ziekenhuis. Zonder blikken of blozen vertelt hij de werknemers dat hij er op die dag achterkwam dat hij zelf een geslachtsziekte had. Bij zijn uitleg laat hij de visuele details niet achterwege. Hij zegt dat hij alleen maar blij kan zijn dat dit werd ontdekt, zodat hij ervoor behandeld kon worden. De toehoorders begrijpen het. Dan maken we ons klaar voor het theaterstuk, dat plaatsvindt voor een muur waar met grote letters de (toepasselijke) naam van het bedrijf op is geschilderd: Quality Seeds. Op een komische manier maken de drie acteurs iedereen duidelijk hoe belangrijk het is je te laten testen op aids en hoe belangrijk het is condooms te gebruiken. Ik vind het stuk lang en soms zelfs kinderlijk. Het publiek geniet. De facilitator vraagt de werknemers de dingen, die ze van het theaterstuk hebben geleerd, mee te nemen in de toekomst en vooral vragen te stellen als ze iets willen weten.

Bij mijn ontmoeting met de bekendste komiek van Malawi, Eric Mabedi, spreek ik op een hele zakelijke manier over theater. Eric vormt samen met John Nyanga het komisch duo Izeki en Jakob. Ze spelen in theaters en brengen dvd's uit. Ik zoek hem op in het revalidatiecentrum waar hij werkt. Het valt me op dat hij erg commercieel is ingesteld. Als ik mijn camera even uitzet, vraagt hij me of ik hem weer aan wil zetten voordat hij de volgende vraag beantwoordt. Zijn uiteindelijke doel met deze komische act is veel dvd's verkopen en geld verdienen. Ik herhaal de vraag nog een paar keer in een iets andere vorm, omdat ik stiekem op een ander antwoord hoop. Maar het antwoord blijft hetzelfde. Het geld dat het oplevert, is het belangrijkste. Hij wordt nu eenmaal geacht al zijn familieleden te voorzien van voedsel en geld. Bij de apotheek in de grote stad kan ik een dvd kopen.

Story Workshop is in Malawi vooral bekend vanwege de radiosoap Zimatichika! (It happens!) die ze maken. Daarnaast gebruiken zij theater om sociale veranderingen bespreekbaar te maken en te bewerkstelligen. Shorai Nyambalo coördineert deze projecten. Ze zit in het laatste jaar van de master Theatre for Development en zal met haar klas de eerste lichting zijn, die hierin afstudeert.

Het meegaan naar een village om daar een stuk te maken, wordt door gebrek aan geld (funding) steeds uitgesteld en uiteindelijk afgezegd. Dit kom ik telkens pas op het laatste moment te weten, als ik de dag voor het geplande vertrek voor de zekerheid bel om te vragen hoe laat ik waar moet zijn. Om mij tegemoet te komen, wordt er toch nog een toneelstuk georganiseerd in een village. Samen met Shorai en Geoffrey (die het stuk zullen spelen) en ook mijn zus ( die inmiddels klaar is met haar medische stage ) gaan we per bicycle-taxi naar het dorp om het stuk bij te wonen. Wat een belevenis! Als we aankomen staan er in no time wel honderd kinderen om ons heen. Springend, schreeuwend, zwaaiend. Het stuk gaat over de aids overdracht tijdens de geboorte en het wel of niet laten testen van de moeder. Toneelscènes worden afgewisseld met zang en dans, uitgevoerd door de theatergroep van het dorp zelf. Story Workshop heeft hen al eens eerder workshops gegeven, waarin ze dit stuk gemaakt hebben. Speciaal voor ons voeren ze het nog een keer op, waarbij ook alle omliggende dorpjes zijn uitgenodigd om te komen kijken.

Toneelstuk in village
Bij Theatre for Development staat het publiek in een kring rondom de arena waar het stuk plaatsvindt. De vrouwen en de mannen staan tegenover elkaar in deze cirkel gescheiden door aan de ene kant alle kinderen en aan de andere kant de chiefs (dorpshoofden). Het publiek wordt continu om een mening gevraagd en participeert zo actief mee. De emoties lopen erg hoog op! Zeker als de vechtscène van de vrouw en de man begint. Ik bedenk me dat ik hier wel eens getuige zou kunnen zijn van de oervorm van theater. Om het goed op mijn camera te krijgen loop ik wat naar achteren, maar als ik in de gaten heb dat alle kinderen achter mij met een stok worden weggeslagen, besluit ik maar op mijn stoel te blijven zitten. Het is ten slotte voor het publiek denk ik nog, maar hoe langer hoe meer besef ik dat het in de eerste plaats voor ons is: de blanke visite. ‘I won't like us to call them our visitors, I would like us to call them our friends.' Aan het einde worden we officieel toegesproken en bedankt door alle dorpshoofden. Natuurlijk is dan het moment aangebroken waarop iedereen vol spanning heeft zitten wachten: een woordje van ons. Ik zeg wat er op dat moment in me op komt. Ik dank hen voor het warme welkom en voor de kans die ze mij gaven om deze vorm van theater mee te maken. De kinderen vechten om goed op de foto's te komen, die ik maak als we wegrijden. Het voelt heel dubbel als je ziet hoe je door mensen die zoveel minder hebben dan jij, in zo'n bevoorrechte positie wordt geplaatst.

Blijkbaar hoef ik daar geen Madonna voor te zijn, slechts blank.

Zijn oma was net gestorven. Hij vroeg mij hoe oud oma's in Nederland worden. In Nederland worden oma's ongeveer 80 jaar, in Malawi gemiddeld 37 jaar. Er viel een stilte. Hij vroeg ons hoe het toch kwam dat de ontwikkeling in Malawi maar niet op gang kwam. Ik zei hem dat hij moest weten dat Europa het paradijs niet is en wij ook nog heel veel van de Malawiaanse cultuur kunnen leren. Hij kreeg tranen in zijn ogen. Zoiets moois had hij nog nooit gehoord. Ik bedacht me dat dit was wat ik geen enkel mens gun: het vertrouwen in de eigen cultuur kwijtraken.

Karin Louwers

4e jaars theatermaker Toneelacademie Maastricht

| Meer