Zeezicht 1
08 Festival

Interview NL70

Grenzeloze speeltuin

door Martine Zeijlstra

Op het 08 Festival staat jong theatertalent uit Nederland en Zuid-Afrika met elkaar op de planken van het Appeltheater. Regisseurs Jaco Bouwer (Zuid-Afrika) en David Geysen (Den Haag) over machtsspelletjes, grenzen en ongure types op Scheveningen.

Wat krijgt het publiek van jou te zien tijdens het 08 Festival?

Jaco: 'Ik regisseer Power. Het stuk gaat over macht. Niet over politieke macht, want dat vind ik niet zo interessant. Power gaat over de machtspelletjes tussen familieleden en geliefden. Neem nou die Oostenrijkse Fritzl. Iedereen in zijn buurt benadrukt hoe gewoon hij was, maar in de tussentijd heeft hij wel zijn hele familie onder de duim gehouden. In Power wil ik laten zien hoe normale mensen vreselijke dingen kunnen doen. Ze lijken heel gewoon. Je kunt je bijna met ze identificeren. En toch doen ze iets verschrikkelijks. Omdat ze gek worden gemaakt door hun omgeving, of door hun familie of geliefde. Ik hoef maar naar mijn eigen ouders te kijken. Hoe die soms met elkaar omgaan! Die mentale marteling vind ik interessant. Iedere ouder speelt een machtspelletje.'

David: 'Ik regisseer Odysseus van Holland, van de Zuid-Afrikaanse schrijver Mike van Graan. Hij is een zeer politieke schrijver. Ik ben alleen geen politieke regisseur. Het toneelstuk gaat over Afrikaanse dictators als Mugabe en Idi Amin en hoe zij zo geworden zijn. Mike van Graan gaat in op het kolonialisme en de politieke structuur. Maar ik wil liever in gaan op de mensen in het stuk, in plaats van de politiek. Ik heb er dus veel uit gegooid, zodat ik de karakters van de personages beter kan uitdiepen.'

Hoe belangrijk is theater in jouw cultuur?

Jaco: 'In Zuid-Afrika hebben we heel veel problemen. Veel mensen gaan er dan ook niet naar toe. Ze hebben andere zorgen. Het is dus vrij elitair. Maar ik vind het erg belangrijk, want theater gaat over het hier en nu en gaat over hoe mensen denken en handelen zonder dat het gemanipuleerd wordt door de media. Offstage praten we Afrikaans, Engels en andere talen, en zijn we met heel veel verschillende mensen en rassen, zonder dat dit ook maar iets uitmaakt. Er is een gezamenlijke groepstaal. We kennen dan geen grenzen meer, we zijn gewoon mensen, onder elkaar. En natuurlijk zie je dat dan ook terug op het toneel. Dat maakt het mooi.'

David: 'Bij ons heb je natuurlijk niet dezelfde problemen als in Zuid-Afrika. In Zuid-Afrika moeten acteurs knokken om een rol. Alles moet meteen goed gaan. In Nederland mag er veel meer fout gaan en mag je veel uitproberen. Ik wil alle toneelstudenten, zowel de Afrikaanse als de Nederlandse graag leren dat je meer uit je spel haalt als je lol maakt. Toneel is een speeltuin waar alles mag. Je hoeft nergens aan te voldoen.'

Jaco: 'En het is belangrijk voor de studenten dat ze leren om samen als groep te spelen. Ze komen uit twee heel verschillende culturen en moeten toch samen iets neerzetten.'

En hoe gaat dat?

David: 'Heel erg goed. We gaan de hele dag met elkaar om. We zitten tot een uur 's nachts samen op het strand en de volgende dag staan we weer vroeg op voor de repetities.'

Wat leren jullie van elkaar?'

Jaco: 'We leren veel van elkaars cultuur. Het voelt heel bekend en vertrouwd om hier te zijn, maar hier kom je erachter dat we in Zuid-Afrika vrij paranoïde leven door al het geweld. Een actrice uit Zuid-Afrika is langs een aantal auto's getijgerd toen ze een paar ongure types zag in Scheveningen.'

David: 'We leren ook veel van elkaar op het gebied van theater. Zuid-Afrikaanse acteurs doen veel aan method-acting, acteren gebaseerd op je eigen ervaringen, Nederlandse acteurs zijn vaak wat afstandelijker ten opzichte van hun personage. Maar we hebben ook veel overeenkomsten, als regisseurs. We zijn allebei op zoek naar de persoonlijke relaties in onze stukken.'


| Meer