Zie De Appel Buiten

Casanova

In gesprek met auteur Jules Terlingen

Illustratie Aus GreidanusEen filosoof ben je voor je eigen bestwil
Niet voor de mensheid
Om de kansen te grijpen die je langs vliegen
Moet je hongerig zijn
Genadeloos en sterk

Ik wil alles en ik wil het nu!

'We hebben natuurlijk de memoires van Casanova gelezen. Maar ik heb veel gehad aan de biografie die Stephan Zweig over Casanova heeft geschreven. Zijn tekst was de inspiratiebron voor ons thema: ‘Ik wil alles en ik wil het nu'. Eigenlijk is dat het levensmotto van Casanova. Meer heb je niet nodig om te overleven in deze wereld. Het hier en nu is het enige dat telt. Nooit denken aan wat daarna komt, want daarmee bederf je het moment suprème. Dan pas sta je voluit te genieten. Casanova haatte verveling en hij haatte vervelende mensen. Dat is, vind ik, de bodem onder de hele voorstelling. In die zin is het veel persoonlijker dan ons vorige project Herakles.'

Hoe bedoel je?

'Wel, als je zijn memoires hebt gelezen heb je het gevoel dat je die man persoonlijk kent. Hij is geen beroepsschrijver. Hij vertelt. Je kent hem daardoor. Hij is heel modern. Hij is iemand van ons. De man is bijna een vriend van je. Iemand waar je als man ook een beetje jaloers op kunt zijn. Het dwingt je tot een keuze. Of in ieder geval tot nadenken over hoe je zelf die keuze hebt bepaald. Hij leefde letterlijk zonder vangnet. Dat zegt hij ook. Zonder levensverzekering. Hij deed het heel bewust. Hij dacht niet ‘Laat ik wat geld overhouden voor de tijd waarin ik niet meer succesvol, niet meer gezond, zal zijn' Nee hoor, niks daar van!'

Hij dwingt je na te denken over je keuzes?

'Ja, kijk ik heb keuzes gemaakt; bijvoorbeeld ‘Bij alles wat ik doe is het belangrijk dat ik mijn kinderen moet kunnen opvoeden'. Het zal Casanova een rotzorg zijn. Hij denkt ‘Ik leef maar één keer. Weg met die onzin.' Hij maakt maar één keuze; genieten in het hier en nu. Zweig noemt dat de filosofie van de oppervlakkigheid. Er is echter één probleem; in die filosofie is geen plaats voor ouderdom en verval. Casanova heeft de pech dat hij, zoals ieder mens, ouder wordt. Op zijn 47ste had Casanova zijn laatste romances, daarna kwam het verval. Hij kreeg last van impotentie en eindigde als een tandeloze oude man. Dat is de donkere kant van ‘Ik wil leven, ik wil alles en ik wil het nu'. Hij pleegt geen zelfmoord. Hij schrijft zijn memoires. Maar in zijn memoires maakt hij mij geen deelgenoot van dit verval. Hij schrijft zijn memoires in de eerste plaats om zichzelf te vermaken. Toen hij zelf niets meer meemaakte begon hij te leven van zijn herinneringen. En in de tweede plaats schrijft hij die herinneringen om de lezer te vermaken. In die zin schrijft hij niets op over de periode waarin hij ouder wordt en wordt afgewezen.'

Willen jullie die donkere kant ook laten zien?

'Tja, daar zijn Aus en ik nog niet helemaal uit. Kijk, elk project over Casanova begint met de oude Casanova die terugkijkt op zijn leven. Ik vind dat eigenlijk een zwaktebod. Ik zou Casanova willen neerzetten in al zijn vitaliteit. Eigenlijk kende Casanova die donkere kant al op het moment dat hij zijn keuze maakte. Ik vind een Casanova met dat besef interessanter om te laten zien, dan één die blindelings in zijn ongeluk loopt... Het leven in het hier en nu, het ten volle leven in het hier en nu, is een hele moderne opvatting die je dwingt tot een keuze.'

Casanova is een modern mens; de mens die zijn lot in eigen handen neemt?

'Casanova is absoluut kind van zijn tijd. Hij schrijft over zichzelf, voor zijn lezers. Hij behoort wat zijn politieke opvatting betreft bij het aristocratische regime. Hij had niets met het volk dat ten tijde van de Franse Revolutie voor zichzelf op kwam. Want daarmee vernielde het alles wat Casanova lief was. Casanova was een bastaard, zoon van een toneelspeelster, maar hij had al snel in de gaten hoe hij kansen kon afdwingen en grijpen. Vanaf het moment dat Casanova bij wijze van spreken geadopteerd werd door een rijke Venetiaanse heer wiens leven hij gered had, en van wie hij uit dankbaarheid een maandelijkse toelage kreeg en toegang tot de aristocratische kringen, leerde hij heel snel hoe hij zich in die kringen kon bewegen. Hij kreeg heel goed in de gaten hoe de spelregels in de hoogste kringen waren. Hij mat zichzelf een adellijke titel aan... In zijn ogen is zijn zwakste plek zijn afkomst. Die probeert hij met alle middelen te verdoezelen. Het wordt een levensrol die hij met verve speelt. Heel bewust. Zelfs in bed speelt hij vaak die rol. Het enige waar hij naar kijkt is; wie heeft het voor het zeggen, wie is het rijkst? Hij was toen al de allerbeste netwerker van heel Europa.'

Doet Casanova je aan iemand denken? Iemand uit de hedendaagse jetset misschien?

'Nee, dat zou afbreuk aan hem doen. Maar ik ben wel getroffen omdat het zo dichtbij kwam. Hij schrijft zo goed en zo beeldend, dat ik hem daardoor denk te kennen wanneer hij hier zou binnen wandelen. Maar ook omdat ik er zelf ook wat aan heb als mens. Gek genoeg... omdat hij zo helder de keuze beschrijft; leef in het nu! Op het moment dat je je zorgen maakt over de toekomst laat je de kans liggen voor iets anders in het hier en nu. En dat is een mooi en aantrekkelijk uitgangspunt. Dat spreekt tot de verbeelding.'

De voorstelling... wat hebben jullie met Giacomo Casanova gedaan?

'Ja, we moesten natuurlijk drama gaan schrijven. En dat is behoorlijk lastig als je over zoveel materiaal beschikt. We vertrokken vanuit drie belangrijke bronnen. Over Stephan Zweig had ik het al. Een andere belangrijke Casanova biograaf is Rives Child. De derde bron zijn natuurlijk Casanova's memoires. Er was veel materiaal. Eigenlijk wisten we veel te veel. Het was nog erger dan bij Herakles. We zijn uitgegaan van de vitaliteit van Casanova, en niet vanuit een tandeloze oude man die terugkijkt op zijn leven. We hebben wat we wilden vertellen in drie delen verdeeld.
Het eerste deel start na de ontsnapping van Casanova uit de gevangenis in Venetië. Het is een soort uiteenzetting. Hij vlucht dan naar Parijs. Die periode legt de basis voor zijn reizen door Europa, die hij de jaren daarna zal maken en waarin hij van het ene Europese hof naar het andere trok.
In het tweede deel proberen we Casanova's vrouwen te vatten. Niet allemaal. Dat kan niet. Het zijn in totaal meer dan 250 vrouwen waar hij iets mee heeft gehad. Maar hij beweert dat zij hem hebben verleid... Zij hebben hem in omstandigheden gebracht waardoor hij tot de verleiding kwam om toe te happen. Dat is zijn visie... Het wordt geen tribunaal. We proberen die ontmoetingen in het hier en nu te laten plaatsvinden. Je kunt aan de hand van die vrouwen ook wel een beeld van hem krijgen. Er zijn heel wat brieven bewaard gebleven van die vrouwen. Ook zijn biografie staat vol dialogen. We moeten goed begrijpen dat men toen een veel vrijere opvatting had over seks dan nu. In de zin dat met iemand naar bed gaan net zoiets was als samen eten. Daar zag men geen enkel probleem in. Voor Casanova was een nacht zonder seks een verloren nacht. Maar hij maakte wel onderscheid tussen het fysieke genot en de liefde. De echte liefde heeft hij een aantal keer serieus geproefd.
Het derde deel van de voorstelling noemen wij ‘winter'. Casanova heeft heel Europa doorgereisd. Maar eigenlijk wilde hij altijd terug naar Venetië. Hij had heimwee. Vooral op het moment dat hij minder succes heeft. De vrouwen vielen niet meer voor hem. Het gaat om een periode dat hij heel hard moet werken om ergens te komen en waarin hij geconfronteerd wordt met verlies en wordt afgewezen. Zoals het er nu uitziet komen we eigenlijk nooit in Venetië. Het toneel wordt wel volledig onder water gezet. Dat is al een associatie met Venetië, zonder dat we daar, in het verhaal, ook komen. Dramaturgisch kan ik dat verklaren: ik bedoel, Venetië is nooit uit Casanova's systeem geweest. Hij heeft er altijd naar terug verlangd.'

| Meer