Eén van de hoofdthema's van deze opera (libretto van Emanuel Schikaneder) die ook in De storm een belangrijke rol speelt, is 'vergeving in plaats stellen van wraak'. De aria van Sarastro (Tweede Bedrijf, Scène 12) is in dit verband veelzeggend:
In diesen heil'gen Hallen
Kennt man die Rache nicht,
und ist ein Mensch gefallen,
führt Liebe ihn zur Pflicht.
Dann wandelt er an Freundes Hand
Vergnügt und froh ins bessre Land.
In diesen heil'gen Mauern,
wo Mensch den Menschen liebt,
kann kein Verräter lauern,
weil man dem Feind vergibt.
Wen solche Lehren nicht erfreun,
verdienet nicht ein Mensch zu sein.
(In deze heilige hallen
Heeft men geen weet van wraak,
En als een mens gevallen is,
wijst liefde hem zijn plicht.
Dan wandelt hij aan vriendenhand
Blijmoedig naar een beter land.
In deze heilige muren,
Waar mens van mensen houdt,
kan geen verrader loeren,
omdat de vijand wordt vergeven.
Wie zulke lessen niet graag hoort,
Verdient het niet om mens te zijn.)