Zeezicht 1
Voor het pensioen

Achtergrond Voor het pensioen seizoen 2005/2006/2007 Thomas Bernard; zijn leven

Nicolaas Thomas Bernhard wordt op 9 februari 1931 in Heerlen (Nederland) geboren. Zijn moeder Herta Bernhard was in 1930 van Oostenrijk naar Nederland geëmigreerd om er te werken als dienstmeisje. In de herfst van 1931 brengt ze Thomas bij haar ouders in Wenen. Zelf gaat ze terug naar Nederland om er te werken. Thomas wordt opgevoed door zijn grootouders. Zij verhuizen met hun kleinzoon naar Seekirchen. Thomas beschouwt dit als de gelukkigste periode uit zijn leven. In 1937 gaat hij terug naar zijn moeder. Ze is nu getrouwd met Emil Fabjan. Thomas moet bij hen in Traunstein (Duitsland) komen wonen. Thomas krijgt vrijwel onmiddellijk leerproblemen op school. In 1938 verhuizen zijn grootouders naar het nabijgelegen Ettendorf. Zijn biologische vader, Alois Zuckerstätter, pleegt in 1940 in Berlijn zelfmoord. Zijn moeder weet zich geen raad met haar zoon. Ze stuurt hem in 1942 naar een Nationaal Socialistisch opvoedingstehuis in Saalfeld. Vanaf 1943 gaat Thomas naar een Nationaal Socialistisch internaat in Salzburg. Na de bombardementen op Salzburg in 1944 wordt Thomas weer bij zijn moeder gebracht. Zijn grootvader ziet erop toe dat Thomas een kunstzinnige opvoeding krijgt. Na de oorlog wordt hij weer naar Salzburg gestuurd. Hij gaat er naar een Katholiek Internaat. Een jaar later komen zijn moeder, stiefvader en hun twee kinderen in Salzburg wonen. Op 16-jarige leeftijd verlaat Thomas de middelbare school en gaat een handelsopleiding volgen.

Wegens een verwaarloosde verkoudheid en de ontberingen van de naoorlogse tijd, ontwikkelt Thomas een longvliesontsteking die ontaard in longtuberculose. Zijn grootvader, de schrijver Johannes Freumbichler sterft op 12 februari 1949 aan een nierziekte. Thomas verblijft tot 1951 in verschillende sanatoria. Tijdens die verblijven begint hij te lezen en te schrijven. In de zomer van 1950 verschijnen zijn eerste korte verhalen onder een pseudoniem. In datzelfde jaar sterft zijn moeder. In een longkliniek leert hij de 35-jarige Hedwig Stavianicek kennen. Zij zal hem tot haar dood in 1984 vergezellen.

In 1955 wordt Thomas Bernhard in verband met een artikel over het Salzburger Landestheater aangeklaagd wegens eerroof. Tien jaar later keert hij terug naar Oostenrijk, waar hij in Ohlsdorf op een boerderij gaat wonen. In 1967 ondergaat hij een zware longoperatie. In 1968 behaalt hij de zogenaamde Kleinen ístereichischen Staatspreis. Zijn ontvangstspeech wordt gezien als een belediging voor Oostenrijk. In 1970 krijgt hij de Georg Büchner Preis voor zijn roman Das Kalkwerk. In datzelfde jaar gaat zijn eerste toneelstuk Ein Fest für Boris, in de regie van Claus Peyman, in Hamburg in première. Der Ignorant und der Wahnsinnige (regie Claus Peyman) wordt tijdens de Salzburger Festspiele in 1972 geannuleerd wegens een schandaal. Toch krijgt Bernhard dat jaar de prestigieuze Grillparzer-Preis. Het ene theatersucces volgt op het andere: Die Jagdgesellschaft (1974), Die Macht der Gewohnheit (1974), Der Präsident (1975), Minetti (1976), Immanual Kant (1978), Der Atem (1978), Der Stimmenimitator (1978), Vor dem Ruhestand (1979), Der Weltverbesserer (1980), Der Theatermacher (1985), Elisabeth II (1987) en Heldenplatz (1988). In het licht van Bernhards ongeneeslijke longziekte is zijn productie als literator verbazingwekkend. Hij sterft op 12 februari 1989 in Gmunden aan een hartinfarct, op dezelfde sterfdag als zijn grootvader. In zijn testament stond dat zijn werken niet langer in Oostenrijk mochten worden opgevoerd en dat er ook geen onuitgegeven werk van hem mocht worden gepubliceerd.

| Meer