Zie De Appel Buiten
Voor het pensioen

Weblog Jules Terlingen Achtergrond Voor het pensioen - seizoen 2005/2006/2007

maandag 6 november

als ik zelf in een voorstelling speel blijf ik de avonden waarop ik vrij ben het liefst thuis- in zo'n periode zie ik weinig andere dingen. na de laatste voorhetpensioen ben ik daarom de schade een beetje gaan inhalen, tegelijk ook mijn manier om af te kicken van veel weg zijn, laat thuiskomen. dat deed ik de afgelopen twee weken dus ook, maar nu om zelf iets te zien.

in de groene amsterdammer las ik de aankondiging van de amsterdamse cellobiënnale, daar wilde ik heen: tien dagen lang cellomuziek in het muziekgebouw aan het ij.

als niet-amsterdammer had ik voor drie avonden kaarten gekocht, dat leek me wel genoeg heen en weer rijden. daar heb ik achteraf wel spijt van. cellisten zijn aardige lieve mensen, zei anner bijlsma in een interview in de groene amsterdammer. dat geloof ik graag, al ben ik zelf maar een amateur-cellist. en niet eens een goeie, of eerlijk gezegd eigenlijk heel slecht.

op de openingsavond het cello octet conjunto ibérico met een prachtig concert, liederen van gerhard, abril, de falla, villa-lobos. acht cellisten en een sopraan, dat is puur genieten. tussendoor ook een stuk van philip glass- symphony for eight dat hij eind jaren negentig voor het octet heeft geschreven, en dat ik alleen kende uit de dansvoorstelling die ed wubbe bij het
scapino ballet een paar jaar geleden heeft gemaakt op muziek van philip glass. het cello octet voerde die muziek toen live uit.

een paar dagen later: ‘ik ben maar alleen gekomen, ik wil niet iemand naast me hebben zitten die er niks aan vindt' zegt een sjieke oude dame die voor de ingang naast me staat. het optreden van de cellist ernst reijseger met het italiaanse viola da gamba kwartet il suonar parlante is dan ook niet uitverkocht. stom, de thuisblijvers hebben een uniek concert gemist.

geen idee wie de combinatie reijseger met het gambakwartet heeft bedacht of hoe die tot stand is gekomen, maar het had een betoverende uitwerking. vier wat stijve heren speelden overigens prachtig onder anderen delen uit ‘die kunst der fuge' van bach- afgewisseld door stukken van rasmuzikant reijseger die het kwartet heren wist te verleiden (ze zaten samen op het podium) om plezier te maken, zichtbaar lol te hebben in wat ze zaten te doen- het publiek brak de tent af, na afloop.

de dag daarop een avondrecital met quirine viersen en dmitry ferschtman.

ferschtman, een rus die al lang in nederland woont en werkt, speelde rachmaninov, sjostakovitsj- ik heb die bladmuziek wel eens ingekeken en weggelegd- voor mij volstrekt onbereikbaar. ferschtman legt zijn hele ziel en zaligheid in dat lyrisch werk en speelt het met een gekmakend gemak, gaat er helemaal in op. en viersen speelde de arpeggione sonata van schubert. die kan ik ook niet spelen, maar ik ken de muziek zowat uit mijn hoofd- lang geleden heb ik dat ding uit de platenverzameling van mijn vader gejat, in een uitvoering van britten en rostropovich uit 1962. ik heb die plaat helemaal stuk gedraaid en later de cd gekocht. afgelopen woensdag hoorde ik dat stuk voor het eerst live, dat deed me wel wat.

tussen de cello concerten door ook ‘het verhaal van odysseus, de gevaren van de zee' gezien, van theaterbedrijf bonheur, hier in rotterdam. bij de appel zijn we inmiddels ook met de voorbereidingen voor ons odyssee project bezig, volgend jaar moet dat vorm krijgen.

bij bonheur is het een broodje boek, nogal braaf, een vertelling door paul kooij solo uitgevoerd. ademloos luistert het publiek naar iemand die een verhaal vertelt. alleen jammer dat ik dat verhaal al zo goed ken. ik zit op andere dingen te letten. na een uur luisteren gaat het me behoorlijk irriteren: alweer ‘en toen'. thuis leren we onze zoons dat woord te vermijden, bij bonheur zijn ze er dol op.

willy de ville vertelt ook een verhaal, maar van geheel andere orde. ‘do you have any money? we need your money and your tourism, new orleans is dead and dying.'

in het decor van de musical cats (de jongens en meisjes van cats zijn op maandagavond vrij) zit hij op het podium van het nieuwe luxortheater tussen een pianist en een bassist op een barkruk, zingt en speelt zijn oude rock en bluesnummers. ik heb willy de ville een paar keer eerder zien optreden, vandaag is ie op zijn best. nog magerder, lelijker dan ooit, maar goed bij stem en voor zijn doen heel relaxed. veel humor, zelfspot (‘people in spain are nasty, no wonder they didn't like me').

prettig ook om na zo'n optreden naar huis te kunnen lopen, zo dichtbij. jammer dat niet alles wat ik wil zien ook rotterdam aandoet.

‘boom uit de tropen'van alba doet dat wel- ze spelen in hal4. voor veel te weinig publiek, die zaal had gewoon vol moeten zitten. wat een leuke voorstelling. goeie tekst, goed gespeeld, scherp, en heel geestig (‘vrouwen hebben de natuurlijke neiging de delen van hun lichaam die ze niet in de spiegel kunnen zien ernstig te verwaarlozen'). of woorden van gelijke strekking, ik had het te druk met reageren, met lachen vooral.

de amerikaanse singer-songwriter chan marshall treedt op onder de naam cat power. op haar korte europese tour deed ze ook amsterdam aan en die kans wilde ik niet missen, afgelopen vrijdag in paradiso.

ik dacht een bescheiden set aan te treffen, een meisje van vijfendertig met een ijle, ongrijpbare stem die zichzelf begeleidt met minimalistisch piano en gitaarwerk. in plaats daarvan een podium vol stevige muzikanten van de memphis rythm band, die haar ook op haar laatste album ‘greatest hits' (geen ‘best of' maar allemaal nieuwe prachtige nummers) hebben begeleid. die combinatie werkt op de cd heel goed, maar live is het evenwicht zoek. de band is zo sterk bezet dat je het gevoel krijgt dat ze zich voortdurend moeten inhouden om cat power niet van het podium te blazen. er staat zo'n honderd jaar ervaring op het podium- muzikanten die willy de ville hebben begeleid, ray charles, al green- natuurlijk staan ze hier ‘in dienst van', maar het funky openingsnummer (zonder cat power) zet de verkeerde toon: als wij het voor het zeggen hadden wordt het swingen vanavond.

in de eerste drie kwartier gaat het nog goed, als het ingestudeerd repertoire van ‘greatest hits' wordt gespeeld. maar daarna wordt het een zooitje. daarbij heeft marshall ook nog eens de pech dat de techniek haar regelmatig in de steek laat. haar ijle, minimalistische versie van house of the rising sun breekt ze om die reden vloekend af. twee andere nummers gaan door een fluitende microfoon en een irritante storingsbrom volkomen de mist in. uit de zaal wordt massaal ‘soundcheck!' geroepen- dat helpt. onder luid gejuich grijpt de geluidsman eindelijk in.

een bijzondere vrouw met een heel bijzondere stem, jammer dat ik volgende week haar niet kan zien in new york- daar treedt ze solo op.

als laatste in deze reeks toneel, theater en muziekbezoek ‘het leven een droom' van nt gent, zondagmiddag in de rotterdamse schouwburg. blijkbaar het beste voor het laatst bewaard- een prachtige voorstelling. opnieuw veel viola da gamba, dat wil zeggen opnieuw voor mij, na de cellobiënnale, niet voor nt gent. muziektheater stond er aangekondigd, ja- dat was het: muziek! theater! ik heb eigenlijk alleen maar uitroeptekens, ‘het leven een droom' is een zeldzaam mooie voorstelling. mooie spelers, mooie muziek, en een verhaal dat er toe doet. deze week nog één keer in amsterdam, volgend jaar weer in antwerpen en münchen.

geert en sacha waren er ook, ik had ze sinds emmen niet meer gezien. ‘zullen we dan maar, we zijn er nu toch'. maar nee, voorhetpensioen heeft in rotterdam niet gespeeld en het zal er ook niet meer van komen.

nu weer aan de slag voor de odyssee, voorlopig even zonder weblog. all the best, tot een volgende keer, wie weet, op een andere plaats. veel groeten.

zondag 29 oktober

van de ene voorstelling neem je makkelijker afscheid dan de ander, zegt sacha. ik vraag haar naar haar ervaring op dat gebied, ik gok voorzichtig op zeventig laatste voorstellingen. het zijn er meer, zegt ze. maar het went nooit, elk afscheid is er een, en voor het pensioen is me dierbaar geworden, jammer dat het is afgelopen, zegt sacha. ik ben het met haar eens.

nee, zegt geert, het is mooi geweest. vijfenzestig keer voorhetpensioen, klaar ermee, afgelopen. bijkans automatisch wil ik daar iets op zeggen, maar ik bedenk me.

‘het is of ik met een vijftig jaar getrouwd stel op stap ben' had sacha voor de laatste voorstelling in de kleedkamer geroepen. het was voor haar blijkbaar het moment om even terug te blikken. ‘tijdens deze tournee heeft geen van jullie twee ooit iets kunnen zeggen zonder dat de ander daar onmiddellijk tegenin gaat, en het gaat helemaal nergens over.'

niet waar, zeggen geert en ik, het gaat wel degelijk ergens over. en zie: we zijn het eens. ‘met zijn tweeën tegen mij ja, dan wel'.

de knellende familiebanden op de vloer lijken in de loop van de voorstellingen ook in de kleedkamer hun tol te eisen. zij het in andere verhoudingen, en een stuk gemoedelijker. en we kunnen er hard om lachen, in de voorstelling is dat anders.

de schouwburg van emmen programmeert zo'n honderdtwintig voorstellingen per jaar en voorhetpensioen was er daar een van. toneel op toneel- op het grote podium een kleine tribune met zeventig stoelen, dicht op de speelvloer. het was onze laatste voorstelling.

in de reeks schouwburgen die we met onze tournee hebben bezocht staat die van emmen wat mij betreft ergens bovenaan. aardige mensen, prettige sfeer, mooi theater. bomen en bossen rondom, parkeren voor de deur. en kleedkamers naar keuze: ik stapte er een binnen met een bordje op de deur: roken toegestaan. dat was me nog niet eerder overkomen.

en fanmail, een paar dagen later. dat is op zich niet uitzonderlijk, maar wel heel aardig- vanwege onze laatste voorstelling daar: veel dank.

dames en heren gezelschappen in nederland, ga met uw voorstelling naar emmen!

tot zover de boodschappen- dat het ook anders kan, en minder vooral, hebben we in alkmaar ervaren. een mooi stadje hoor, en een mooie kerk. maar in de schouwburg aldaar houden ze er nogal eigenaardige ideeën op na over hoe je een bezoekende toneelvoorstelling ontvangt.

het publiek zal dat allemaal zo niet ervaren hebben- voor hen spelen we onze voorstelling onder welke omstandigheden dan ook. of dat nu in emmen is, of alkmaar, het zal ze (terecht) een rotzorg zijn of wij het die dag achter de schermen aangenaam hebben of niet. die mensen komen een voorstelling zien, die moet goed zijn.

maar als schouwburg moet je naar mijn idee, net als het gezelschap naar het beste willen streven. onze techniekers matti en mette hebben voortdurend samen met de techniekers van de schouwburgen het toneelbeeld aan moeten passen, dat ging nooit over het makkelijkste eerst. in alkmaar denken ze daar blijkbaar anders over.

in emmen nemen we een uur na de voorstelling afscheid in de foyer, en lopen via de zaal richting uitgang. het toneel is leeg, de vrachtwagen met het dekor is net weg.

het is voorbij, onze voorstelling van voorhetpensioen is definitief geschiedenis. alle zorgen, paniek en ellende, al het plezier en mooie momenten- het was me meer dan de moeite waard.

maandag 16 oktober

de temperatuur van het water voor de kust van nice is boven de twintig graden, dus zo stoer is het nu ook weer niet om daar midden oktober in zee te zwemmen. toch ben ik deze ochtend op het kiezelstrand van biot een van de weinigen die het aandurft.

het vergt enige kracht om de zee in en uit te komen- de sterke stroming en hoge golven slaan de kiezels tegen mijn benen, en voor je het weet word je tegen de grond gesmakt.

maar een voorstelling spelen aan de middellandse zee zonder er in gezwommen te hebben was voor mij geen optie.

we zijn hier op uitnodiging van violette de grund en chris sollie die samen met hun partners aad en fred voor de nederlandse gemeenschap in nice een paar keer per jaar hun eigen versie van ‘kunst in de kamer’ organiseren.

zondagmiddag speelde voorhetpensioen in de huiskamer van marie-jean duyzings aan de avenue des alpes in mougins, een paar kilometer boven cannes.

om half twee vrijdagmiddag stappen we op rotterdam airport het vliegtuig in, vier uur later lopen we in de verbouwde jasmijnschuur van marie-jean met tafels en stoelen te sjouwen. ook het hagelwitte tapijt wordt uit voorzorg opgerold en veilig opgeborgen.

rudolf höller wil in zijn fatale val nog wel eens het tafelkleed meenemen, met alles wat daar aan borden, glazen en flessen rode bessensap of alcoholvrije imitatie sekt op staat. blijkbaar was dat ook in mougins bekend. 

het geïmproviseerde toneelbeeld neemt tot schrik van het ontvangstcomité meer ruimte in dan verwacht. voor de voorstelling zondagmiddag zijn zo’n tachtig bezoekers uitgenodigd, en die moeten allemaal kunnen zitten.

blijkbaar is dat gelukt, iedereen kan zitten. ook aus en gerrit die, voor ons volkomen onverwacht, vlak voor de voorstelling de tuin van villa ‘festina lente’ komen binnenwandelen.

we logeren deze drie dagen in biot, een plaatsje net buiten nice, in het huis van violette en aad de grund. inmiddels allebei met pensioen wonen ze daar een groot deel van het jaar, genieten van het fantastische klimaat. en wij dus ook, voor even. de ontvangst is allerhartelijkst, we hebben het zeer goed.  

zondagmorgen na het ontbijt en de inmiddels rituele vroege ochtendduik in het zwembad loop ik met geert nog even de berg op naar het centrum van biot, een prachtig middeleeuws dorpje.
sacha is met matti al naar mougins vertrokken om haar attributen klaar te zetten en haar tekstparcours te verkennen.

op een terras drinken we koffie- de zon schijnt, het is vijfentwintig graden. om ons heen zijn winkeliers bezig hun waren uit te stallen, voornamelijk glas en aardewerk, de specialiteit uit de buurt. kinderen spelen tikkertje, moeders roepen dat het rustiger moet, de oudjes staan met hun stokbroden onder de arm het nieuws door te nemen- alle clichés uit de toeristenfolders op een paar vierkante meter.

op de terugweg roetsj ik met mijn leren zolen de steile weg af. geert gaat aan mijn broeksband  hangen anders glijd ik onderuit. zo schuifelen we langzaam naar beneden. het ziet er uit of ik straal bezopen naar huis moet worden geholpen, maar de fransen kijken er niet van op, die zijn dat blijkbaar gewend.

ijsberend onder de palmbomen neem ik nog even mijn tekst door. het is onze eenenzestigste voorstelling, toch zijn we meer gespannen dan anders. in de loop van de tournee zijn we  gewend geraakt aan de steeds wisselende opstelling van het dekor maar in deze huiskamer hebben sacha, geert en ik geen enkel referentiepunt, dat maakt het spannend.

kort voor de voorstelling heeft matti zijn lichtplan klaar: in het deel van de kamer waar het publiek zit heeft hij voor de ramen de luiken dichtgedaan, en vanuit de zijkamer die dienst doet als op en af, laat hij een leeslamp de kamer in schijnen. daar moeten we het mee doen.

de vertrouwde muziek uit de voorstelling klinkt: een dag eerder heeft matti bij een supermarché extra snoer gekocht om vanuit het zijkamertje de muziekinstallatie van marie-jean te kunnen bedienen.

de tuin loopt vol, de gasten worden ontvangen. ik bedenk nog even snel waar en hoe ik zal opkomen- een stenen trap die vanaf de boventuin via een vide in het zijkamertje uitkomt. daar vandaan kan ik sacha ook goed volgen. en ik besluit verder niks te bedenken- ik zie wel.

na het eerste deel loop ik zwetend in mijn winterjas de trap af en stap de kamer binnen: ik voel me rustiger dan ooit.

volgens mij hebben we een goeie voorstelling gespeeld. gerrit bevestigde dat, na afloop. hij heeft dat ding vaker gezien en kan dus goed vergelijken. eigenlijk had alleen sacha het lastig in het eerste deel, als zij de ruimte min of meer in haar eentje moet maken en bespelen. eenmaal met z’n drieën gaat dat vanzelf, we kunnen steeds op elkaar reageren.

het publiek was na afloop unaniem geheel onder de indruk en zeer enthousiast.

we hebben met plezier gespeeld, geconcentreerd. er was bij ons, bij mij in elk geval, een lichte angst vooraf- een soort blote billen gevoel: zo dicht op de mensen en zonder veel techniek. eenmaal aan het werk is dat gevoel verdwenen.

het is prettig om te merken dat onder zulke geïmproviseerde omstandigheden de voorstelling volstrekt overeind blijft.

dat was nice, morgen naar leiden, ook leuk.

vhp in deventer

afgelopen donderdag speelden we in deventer- de eerste keer deze tournee dat we diep de provincie introkken om onze voorstelling te spelen. deventer heeft geen eigen gezelschap,  alle voorstellingen komen van ‘buiten’.

ik was er nog nooit geweest, de appel uiteraard wel, al was dat volgens de programmeur ook al weer veel te lang geleden. maar hij was naar eigen zeggen zeer tevreden, 170 man publiek in de kleine zaal waar er 200 in kunnen.

de voorstelling ging goed, niet alleen naar ons idee- net als in gouda de dag ervoor, bleven ook in deventer veel bezoekers na afloop in de foyer napraten. enthousiaste reacties, complimenten over wat ze gezien hadden, leuk om te horen. en naar ik later begreep een spontaan applaus voor geert en sacha toen die de foyer binnenliepen, op weg naar de bus.

dan ben ik nog aan het douchen, omkleden en inpakken- dit keer moesten de kostuums en meest noodzakelijke attributen in twee koffers gepropt, voor onze voorstelling in nice.
matti had het goed ingeschat, het paste er allemaal in.

op de terugweg ’s avonds laat uiteraard weer allerhande werkzaamheden aan de weg, maar dit keer zonder files. deventer ligt eigenlijk helemaal niet zover weg, als je kunt doorrijden lijken de afstanden in nederland weer ouderwets klein. 

zondag 8 oktober

'ik heb jim gezien'. mijn jongste zoon stormt de artiestenfoyer van de schouwburg in alphen binnen. 'hij liep me net voorbij op de gang'. 'wie is jim' vraagt geert. 'jim is beroemd, in nederland'.

mijn zoon sjaak viel met zijn neus in de boter- hij wilde vandaag mee, onze voorstelling zien.

bij de artiesteningang staat een horde fans te wachten. die staan daar niet voor ons, weet ik uit ervaring. we blijken vanavond de schouwburg in alphen aan de rijn te delen met de jongens en meisjes van de musical 'grease'.

achter het toneel is het of ik ineens het joop van de ende theater binnenloop- overal pruiken, schreeuwende kostuums en allemaal gillende kinderen om me heen die met totaal andere dingen bezig zijn dan ik.

als in een nachtmerrie: ik moet zo op, maar ik heb het verkeerde kostuum bij me, en mijn tekst klopt ook niet meer. bovendien ben ik zeker drie keer zo oud als iedereen om me heen, en daarbij kan ik ook nog eens niet zingen.

ik wil weg en ga een deur door, maar daar is weer een deur, en dan nog een, een gang, een trap, weer een deur.

het is hier een doolhof, had matti al gewaarschuwd. achter het toneel van de kleine zaal heeft ie een rookplek geregeld, waar ik ook niet kan verdwalen. en vandaar kan ik onze voorstelling volgen tot ik de vloer op kan.

de appel staat hier voor het eerst, de schouwburg is ook nog niet zo heel lang open. we hebben een klein publiek, zo'n tachtig man, en spelen volgens mij een goede voorstelling.

na afloop wurm ik me zwetend in mijn ss-kostuum langs de inzingende meisjes van het showballet. mijn zoon sjaak, die onze voorstelling 'wel grappig' vond, is dan al op weg naar de regiecabine van de grote zaal. grease zegt hem niks, maar jim wil ie wel even aan het werk zien.

hoe was jim, vraag ik hem op de terugweg in de auto. 'hij heeft het makkelijker dan jullie', zegt sjaak, 'hij hoeft zijn tekst niet te leren. er zat een mevrouw in die regiecabine en die leest het script voor in een microfoon en ik denk dat ze dat horen op het toneel via een knopje in hun oor'.

en na een korte stilte: 'maar eigenlijk zingen ze alleen maar, dat vind ik wel stom'. ja, zeg ik, grease is een musical. 'dat wist ik niet', zegt sjaak.

maandag 2 oktober

de vijftigste voorstelling van voor het pensioen in eindhoven- daarna groningen, haarlem en amsterdam.

het dekor moet in elk theater enigszins worden aangepast. sacha en ik zijn er inmiddels aan gewend.

in de kleine zaal van de appel speelden we in een door gordijnen omsloten ruimte, en het publiek zat er bovenop. in de reisvoorstelling zal het publiek wellicht datzelfde idee krijgen van een somber, donker en benauwd huis. maar wij ervaren op het toneel iets anders, omdat we zelf niet meer in die omsloten ruimte staan.

door de coulissen kunnen we aan de zijkanten nog meters verder kijken, het donkere toneelhuis in- de ruimte die we bespelen is niet langer dezelfde als de gespeelde ruimte.

zeker de eerste paar voorstellingen is dat wennen: soms zien we onze techniekers matti en mette daar zitten, achter de knoppen. zoals in eindhoven. en soms staan de kratten voor het dekor en attributen daar, en de kleedkist voor de kostuums.

dan ervaar je opnieuw wat een luxe het is een eigen theater te hebben, dat je helemaal aan de voorstelling kan aanpassen.

maar dat zijn onze eigen waarnemingen, als spelers. ik heb niet de indruk dat het publiek tijdens onze tour een mindere voorstelling te zien krijgt.

de zaal reageert niet veel anders dan we in het appeltheater ervaren hebben. behalve het publiek in groningen, daar verbaas ik me toch elke keer weer over. dat blijft doodstil zitten kijken zonder een kik te geven. een enthousiast applaus komt dan als een verrassing.

hoewel ik had voorgenomen mij er niets van aan te trekken was spelen in amsterdam toch weer even spannend. ik ben er geboren, heb er jaren gewoond, gestudeerd en gewerkt- ook in theater bellevue waar we de afgelopen drie dagen hebben gestaan. toch had ik geen welkom thuis gevoel.

eerder iets van 'die lui daar uit den haag spelen een stuk van thomas bernard- nou laat maar eens zien dan'. over belangstelling overigens niet te klagen, niet uitverkocht maar wel alle dagen goed bezet, ook de matinee van zondagmiddag.

de eerstvolgende voorstelling is komende zaterdag, in amstelveen. dan is het 7 oktober, tevens de verjaardag van himmler- de gespeelde datum uit het stuk.

niet dat dat iemand hoeft op te vallen. wellicht denkt het publiek daar dat we elke voorstelling de datum aanpassen- ik denk niet dat er nog veel mensen zijn die de verjaarskalender van de ss precies bijhouden.

voor mij persoonlijk is spelen in amstelveen wel bijzonder- ik heb daar in dat voorheen cultureel centrum amstelveen vanaf de opening in 1975 jarenlang als amateur bij de jonge komedie voorstellingen gespeeld en gemaakt.

volgens mij heb ik zelfs aan die openingsvoorstelling meegedaan- als wat ook alweer, ik geloof politieagent. ja verdomd, ik had een uniform aan. nou ja- ruim dertig jaar later ben ik weer even terug. weliswaar niet in een bromsnorpak maar wel opnieuw in uniform- het schiet ook niet op met mij.

last van herinneringen zal ik niet krijgen- we spelen nu in de kleine zaal, die was er toen nog niet.

zondag 17 september

'warmlopen in het laktheater in leiden, kom kijken naar wat er komt. een informeel middagje theater met voorproefjes'.

de zaal zat vol, op het podium een aantal theatermakers die iets vertellen over hun voorstelling die in de loop van de komende weken in het laktheater te zien is, er hing een beamerscherm, presentratice ingrid van frankenhuyzen deed de interviews.

het lak organiseert vijf van die zondagmiddagen dit seizoen, deze zondag was de eerste.

geen nieuw idee, de appel heeft tenslotte ook al jaren de open dag, maar je hoeft niet alles zelf te verzinnen, zoals directeur roland helmer me later zei.

ik was te laat, vanwege de autoloze dag in leiden was ik met de trein gekomen. jammer genoeg houdt de ns geen rekening met autoloze zondagen in leiden. wegens werkzaamheden reden er geen treinen tussen rotterdam, den haag en leiden, dat heb ik weer.

maar evengoed, ook na veel omzwervingen en overstappen, te laat en het halve programma gemist: ik hou van dit soort initiatieven. het is goed theater persoonlijk te maken, ook een theater dat geen eigen producties heeft, waar zoveel verschillende groepen komen, en de programmering zeer divers is.

ik heb, heel kort, iets over onze vhp kunnen vertellen, en een korte video impressie laten zien. overigens grappig om te merken dat de reacties uit de zaal op de dvd beelden precies op dezelfde momenten vallen als in de live voorstelling.

gratis champagne na afloop, voor alle bezoekers en medewerkers, en gelegenheid de acteurs en of regisseurs vragen te stellen. ('wilt u champagne?' - nee dank u, ik drink niet).

niet buitenshuis, had ik moeten zeggen, maar de verbijstering was al te groot: een acteur die niet drinkt, dat hadden ze daar in leiden nog niet eerder gezien.

spa rood, daar blijft het bij als ik aan het werk ben. ik was even daarvoor al, volkomen nuchter, met een fles wijn in mijn tas bij het beklimmen van de tribune op mijn bek geflikkerd, fles kapot, alles onder de wijn, ik stonk een uur in de wind. dat was al idioot genoeg.

maandag 11 september

gisteravond de jaarlijkse uitreiking van de toneelprijzen in de amsterdamse stadsschouwburg.

als ouderwetse claque zaten we daar, op de tweede rij, voor het geval iemand van de appel in de prijzen zou vallen.

de storm was samen met 'herfstsonate', 'hersenschimmen' en 'juliana's derde weg' finalist in de competitie voor de toneel publieksprijs, en onze sacha was samen met elsie de braauw genomineerd voor de theo d'or.

echt spannend was het allemaal niet, wel verrassend. zo bleek aan de publieksprijs wel degelijk een geldbedrag verbonden, zo'n 35 duizend euro. geen van de genomineerden had daar op gerekend.

de woordvoerder van de uiteindelijke winnaar, producent hummelinck stuurman met 'herfstsonate', moest, zei hij, er zijn speech voor omgooien. blijkbaar stond die vol verwijten en klachten over het ontbreken van een dergelijk substantieel bedrag- dat moest snel weer ingeslikt.

aus had geen speech voorbereid, dat bleek achteraf ook niet nodig. ook de voorspelling van sacha kwam uit, elsie de braauw won de theo d'or.

toch had ik als onervaren claqueur na afloop pijn in mijn handen. het dankwoord van marien jongewaard ('nu ben ik kampioen mime') was een hoogtepunt ('overal zie je die olympische sporters in volkswagens rijden, ik wil een bmw van die vscd'). en joop keesmaat die de louis d'or won, was natuurlijk ook een mooi moment.

het optreden van poppenspeler fred delfgaauw was prachtig. als winnaar van vorig jaar kwam hij de toneel publieksprijs uitreiken. hij overrompelde ons met een adembenemende scene van nog geen drie minuten. echt heel goed.

na afloop nog even blijven hangen om al die valse of gemeende begroetingen en omhelzingen van de dames en heren toneelspelers te bekijken. niet te lang, die 'kleine uurtjes' zijn aan mij niet meer besteed.

zaterdag 2 september

het is stil in de kleedkamer van de appel, de herneming van de storm is tot volgende week zaterdag uitgesteld, te weinig reserveringen. daar heeft onze voorstelling in de kleine zaal vooralsnog geen last van, met elke avond een volle bak.

het is acht uur, de mensen staan te dringen, roept matti. ga toch gewoon in de grote zaal spelen, dat geduw en getrek en dan moet ik ook nog al die kaartjes scheuren, moppert hij gespeeld.

sacha is voor haar rol van vera genomineerd voor de theo d'or. geert en ik bezweren haar dat die volle zaal daar alles mee te maken heeft. ach, zegt sacha, ik krijg 'm toch niet. maar dan nog, iedereen in den haag die de voorstelling nog niet heeft gezien wil dat toch nog even meemaken- we pesten sacha er een beetje mee: je moet het wel waarmaken natuurlijk, ze komen allemaal voor jou.

in het eerste deel, ik zit dan achter te luisteren, reageert de zaal voortdurend. hier wordt hogeschool komedie gespeeld. als rudolf de vloer op loopt, en het huis in bezit neemt wordt het een stuk stiller.

wat een afschuwelijke mensen, hoorde matti na afloop een paar bezoekers tegen elkaar zeggen. we zijn blij met zo een reactie, het geeft aan dat we er in geslaagd zijn de toeschouwers ons verhaal van de verstikkende familiebanden binnen te trekken.

we hadden voor het terug opnemen van vhp drie dagen uitgetrokken, en die bleken ook wel nodig. de tekst was geen probleem, maar de handelingen- als ritueel, bezwering, gewoonte- de voorstelling zit er vol mee.

om die weer terug te halen, te weten waarom je iets deed, op dat moment- dat was weer even zoeken. en dat zoeken leidt af van de tekst, die dan ook ineens begint te haperen.

de eerste voorstelling woensdag was een redelijke try out, de dag erop speelden we bijna als vanouds. geholpen door een wakkere, enthousiaste zaal.

de eerste week zit er op, die tamelijk heftig begon met het overlijden van aard caboort, medewerker techniek bij de appel. net voor de vakantie was hij met de vut gegaan.

ik ken aard vanaf mijn eerste productie bij de appel, in 1998. vorig seizoen had hij in 'moeder' tot zijn groot plezier een figurantenrol. overal waar je matti zag verschijnen liep aard daar anderhalf, twee meter achteraan. een mooi stel was dat, een mooi beeld ook. afgelopen vrijdag hebben we in de grote zaal van de appel afscheid van hem genomen.

en 's avonds de voorstelling gespeeld. alle opendeurteksten over de show die onder alle omstandigheden door moet gaan, zijn hier van toepassing.

maandag 15 mei

afgelopen zaterdag de eenenveertigste voorstelling van voorhetpensioen gespeeld, de laatste van dit seizoen. eind augustus pakken we de draad weer op, eerst twee weken in het appeltheater, daarna een kleine tournee, zeventien voorstellingen, langs theaters in nederland. half oktober vliegen we tussendoor ook even naar nice, zuidfrankrijk, waar we voor een select gezelschap een speciale locatievoorstelling van voorhetpensioen zullen spelen.

de serie is goed bezocht, gelukkig maar, het is een mooie voorstelling geworden. ondertussen hakte het er natuurlijk wel in, avond aan avond die nazi te spelen met elke avond weer de vraag, waar haal ik het vandaan. op routine, als dat al bestaat, is dat thomas bernard ding niet te spelen. kritisch blijven, nieuwe vragen stellen, de scene levend houden, steeds opnieuw.

maar vanaf nu alle aandacht voor de engelstalige 06 festival voorstelling over de franse revolutie die ik met studenten uit kaapstad, johannesburg, amsterdam en maastricht aan het maken ben. een leuke club jonge acteurs en actrices. hubert speelt ook mee, en helpt me bij het coachen van de jonge spelers.

en ook jorg, mijn licht en geluid technieker van wurz, komt me de laatste twee weken bijstaan. met in zijn koffer muziek van de finse rockband apocalyptica, geluidopnamen van allerhande historische toespraken, lenin, churchill, hitler, clinton, radiofragmenten van clandestiene zenders overal vandaan, de internationale gespeeld door een chinese punkband, dat soort dingen. dat belooft wat, ik zie er naar uit.

zondag 26 maart

in de kleedkamer van de appel waar je in het rokersgedeelte flink kunt meeroken zonder er zelf een op te steken hoor ik via de afluistering nu twee voorstellingen door elkaar. links boven mij hangt een luidspreker waar ik de storm hoor razen, iets verder weg klinkt de stem van sacha die als vera net aan haar tirade tegen haar zus clara is begonnen.

het was aanvankelijk even wennen, de drukte om ons heen voor we de voorstelling van voorhetpensioen moesten beginnen. maar na tien voorstellingen hebben we daar geen last meer van. integendeel, de sfeer in het rokersgedeelte is als in een goedlopend koffiehuis. ik vermijd het woord gezellig, dat roept bij mij allerhande foute associaties op.

de slechte kritieken in de pers over mijn rol in voorhetpensioen heb ik wonderwel makkelijk overleefd- heb er persoonlijk geen last van gehad. aan sommige dingen wen je nooit, dacht ik, maar dat is niet zo. of mijn huid is dikker geworden, de schouders ronder, of wat is het- het raakt me niet meer. niet zoals bij de voorstelling 'moeder', een jaar geleden. daar ben ik echt ziek van geweest.

bovendien was de krant die ik zelf lees, de nrc, behoorlijk positief over de voorstelling, dat scheelt ook wel iets. en ook de trouw, een krant die ik regelmatig in de losse verkoop aanschaf had een redelijk helder verhaal over de voorstelling. dat zal toeval zijn, maar het kwam me wel goed uit. de telegraaf lees ik nooit, en de volkskrant heb ik jaren geleden op advies van de dokter opgezegd.

een recensent moest ook nog kwijt dat hij nog nooit een ss-er in een grijs uniform had gezien, dat kon volgens hem toch echt niet. blijkbaar had hij vantevoren al in zijn hoofd zitten wat hij moest zien en hoe alles gespeeld diende te worden. films als conspiracy en der untergang zullen waarschijnlijk aan hem zijn voorbijgegaan.

en dan nog, alsof het daarom gaat.

we hebben de afgelopen weken steeds voor een volle zaal gespeeld, en zullen dat als ik de appelsite mag geloven de komende weken ook nog even blijven doen. dat is goed nieuws. het maakt het spelen van de voorstelling nog aangenamer dan het al is- het is een goed stuk en een mooie voorstelling geworden. blij dat er zoveel mensen zijn die dat zelf willen komen zien en meemaken.

zondag 26 februari

de afgelopen weken het stuk behoorlijk op zijn kop gezet, nog meer tekst geschrapt. geen pauze meer, geen black outs. de overgangen tussen de bedrijven op de vloer door laten spelen, momenten van stilte, muziek laten klinken, daar zoeken we nog naar.

alain de dramaturg had lieven jonckheere uitgenodigd, een vlaamse psycho-analist, hij zette ons op het spoor van meer te kappen en te schrappen, we zijn behoorlijk in de tekst tekeer gegaan.

het gaat nu allemaal in een razend tempo, vera en rudolf, twee ratelende gekken, totaal geschift, met de lamme clara daartussen, ze kant geen kant op.

buiten op straat ongetwijfeld de keurigst denkbare mensen, maar eenmaal binnen achter dichte gordijnen regeert de waanzin in huize höller.

in rap tempo vliegen de meest abjecte meningen over de mens en de wereld in het rond. snel schakelen tussen woede, sentiment, vertwijfeling, het plezier in het spelen van dat bernard ding laat zich raden.

tegelijkertijd is het ook een uitputtingsslag, soms letterlijk- uithijgen, rond blijven loeren, en daar wordt de volgende waarheid die absoluut niet verzwegen mag worden de ruimte in geslingerd. totale waanzin, en het gevaar behouden- daar streven we naar.

roken, niet roken

de rokende held, hij sterft uit. aan longkanker wellicht, of gewoon door ouderdom, hoedanook, de achtenswaardige held die een sigaret opsteekt zie je af en toe nog in een film uit de jaren zeventig, daarna al steeds minder. inmiddels is hij zo goed als uitgestorven.

wie een held is rookt niet, want helden roken inmiddels niet meer. alleen nog bandieten, intellectuelen en asocialen- tobbers, piekeraars, onbetrouwbare types.

lang geleden, in de tv serie flipper, reden de goodguys in een ford en de badguys in een auto van een concurrerend merk. de grootste schurk, duistere vreemdeling, liet zich al mijlenver aankondigen, dan kwam er een auto van een japans merk het beeld inrijden.

dan wist je meteen, ook zonder begeleidende muziek: fout volk.

toneel, als spiegel van de moderne ziel, de maatschappij- maar altijd iets achteroplopend, achter de film aan, waar meer geld zit, meer toeschouwers, begint het fenomeen ook te ontdekken.

het moet bijkans ook wel, er is geen ontkomen aan.

clara, vera en rudolf roken niet. of niet meer, dat weten we niet, ze doen het niet.

in de repetitieruimte mag niet worden gerookt, op het toneel mag überhaupt niet meer worden gerookt.

mensen hebben een hekel aan mensen die roken op het toneel. een bruikbaar gegeven, maar zolang er voor aanvang geen mondkapjes worden rondgedeeld kunnen we er niks mee, op het toneel.

toneel kun je ruiken, aanraken, proeven- we ademen dezelfde lucht, de personages en het publiek- en wie wil zich tegenwoordig nog door een avondje toneel vrijwillig allerhande giflucht aan laten smeren, weg ermee.

trouwens, mensen beginnen per definitie massaal te hoesten als je er een opsteekt op het toneel.

dus roken wij buiten beeld, in nader te bepalen pauzes, mijmerend, piekerend, als oude slechteriken.

afgelopen vrijdag ook met guus gesproken- hij stelt een redelijk sober strak eenvoudig beeld voor, een gesloten ruimte, geen ramen, geen deuren, alleen openingen in de gordijnen rondom, niet per definitie de huiskamer- al staat er een tafel, een paar stoelen en een vleugel.

de kleur van de doeken zoekt guus in fout bruin en groen- vale oude kleuren, poep. dat laatste heeft hij geloof ik niet gezegd, dat is mijn associatie.

de enige lichtbron naar het idee van guus hangt boven de tafel, waar clara zit, in haar rolstoel. de schijnbaar enige lichtbron- het blijft toneel. de rest van de ruimte zou in zijn idee behoorlijk donker mogen blijven, daar ben ik het mee eens. en niet alleen vanwege de angst van deze familie voor alles wat van buiten komt, de zelfgekozen afzondering- de vermeende illegaliteit waarin ze met hun meningen en denkbeelden terecht zijn gekomen.

de wereld is een en al botheid, zegt rudolf. democratie is bedrog- alleen lucratief voor degene die de democratie in handen hebben: ' het is maar goed dat wij ons huis afgeschermd hebben, nu hebben wij rust'.

clara is de enige die die angst niet heeft- en boeken leest, kranten. alleen daarom al wordt ze gehaat. weg kan ze niet, in haar rolstoel. ze mag ook niet- ze zit gevangen in dit geperverteerde gezinsleven, een levend complot, een samenzwering tegen alle vooruitgang.

daarom ook clara in het midden, pontificaal, in het schijnbaar enige licht. (' je bederft je ogen kindje' zegt vera en rukt de krant uit haar handen).

zaterdag 11 februari

ons de eerste weken vooral op de tekst gericht- het fenomeen dat je thuis de woorden kunt opdreunen maar eenmaal op de vloer kraken de hersens- dat blijven ze doen tot er rust komt in het hoofd- de rust om de woorden te richten, ter plekke als nieuw te formuleren. sacha is daar meesterlijk in- die kan dat als geen ander- en al heel snel. ik heb meer tijd nodig, benader de tekst als een vreemde die ik wil leren kennen.

niet doen, zeggen geert en sacha, zo sta je daar in je eentje iets te doen waar wij niet bij kunnen, geen idee waar je dan mee bezig bent, dat kan de bedoeling niet zijn. speel die tekst, zo kom je wel achter, honderd keer doen, of zolang als nodig tot er iets begint te dagen, op het spoor bent- in een toestand komen die energie genereert, niet vreet- tot alles, de taal, de rol op zijn plek valt.

van alle pogingen beviel me de repetitie van afgelopen vrijdag nog het meest- een eerste idee van rust, in het hoofd, een spoor van overwicht- een gevoel waar de terreur van rudolf vandaan zou kunnen komen. niet peinzen niet tobben niet piekeren- geert gebruikt het woord grübeln, dat vat het allemaal samen.

ondertussen de tekst behoorlijk ingekort, in alle drie de bedrijven. geposteerd in een makkelijke stoel achterop de vloer was het tweede bedrijf voorbij voor ik er erg in had.

vrijdag 28 januari

de eerste week, gelijk aan de bak. ik heb de afgelopen weken de tekst in mijn kop gestampt maar zodra ik daar nu iets meer mee moet doen dan alleen maar opzeggen vallen er grote gaten- moet me opnieuw verhouden tot die tekst, dat is normaal zegt geert. ja dat is normaal zeg ik, maar ook tamelijk frustrerend.

geert en sacha beschrijven rudolf aan de hand van een paar voorbeelden- zo ontstaat een beeld van een uiterst onaangenaam en humorloos mens, onwillig, iemand die niet geholpen wil worden.

iemand ook die alle moed en energie uit zijn omgeving helemaal wegvreet. angstaanjagend, onberekenbaar. nou dan heb ik nog wel het een en ander te doen zeg ik. ja zegt geert, laat maar eens wat zien, niet in het naturel zoeken.

ondertussen valt er overigens genoeg te lachen- het ontbreken van enige relativering bij rudolf wordt door vera en clara in hun tekst en manier van reageren ruimschoots gecompenseerd.  

maandag verder met opnieuw het eerste deel, een flinke kluif voor sacha. bijna een uur aan het woord, van de hak op de tak springend, rondlopend, strijkend, redderend. we hebben vanaf maandag er een souffleur bij, ellen, op verzoek van sacha en geert. geen overbodige luxe.

dinsdag 17 januari

tijdens het werken aan oomvanja en nexlach bij theatergroep wurz hield ik het afgelopen jaar een weblog bij op de wurzsite (www.wurz.nl). dat leverde genoeg positieve reacties op om dat experiment op deze plek voort te zetten.

vanaf dinsdag 24 januari, als de repetities beginnen, zal ik hier regelmatig verslag doen.

tot die tijd ben ik vooral bezig de tekst in mijn kop te krijgen- ik wil graag met gekende tekst de repetities in.

daarom heb ik me al een paar weken op het friese platteland teruggetrokken. in een boerderij van vrienden op vakantie in zuidafrika. hier kan ik tenminste schaamteloos hardop de hele dag teksten lopen roepen ('als ik daar zin in heb schiet ik jullie allemaal overhoop'). thuis op katendrecht levert dat toch problemen op.

 

| Meer