Motel Detroit 2
En God zag dat het goed was

Achtergrond En God zag dat het goed was - seizoen 2004/2005/2006

En God zag dat het goed was: Groteske improvisatievoorstelling

Het is al vaker geconstateerd. Zowel de kwaliteiten van het ensemble, als de inventieve manier waarop doorgaans gebruik wordt gemaakt van het eigen theater, zijn voor Toneelgroep De Appel bepalende factoren bij het maken van een voorstelling. Dat gold voor een waanzinnig, aanvankelijk door menigeen als roekeloos bestempeld project als Tantalus, maar dat geldt zeker ook voor de productie waar momenteel door acteurs, musici en vormgevers onder leiding van Aus Greidanus aan wordt gewerkt: En God zag dat het goed was. Ook dit project is in hoge mate onvoorspelbaar. Niet in de laatste plaats omdat de basis deze keer niet wordt gevormd door een in de praktijk reeds vele malen beproefde tekst, maar door een idee.

Zie ook:
Ontstaan van het moderne circus 
De clown als een uitgeveegd spoor... 
Het circus en de sjamaan

Logische stap

Voor Aus Greidanus is het niet alleen een uitdagende, maar ook een logische stap na Tantalus. Liet Toneelgroep De Appel in deze laatste voorstelling zien hoe volgens de Griekse mythologie de wereld was ontstaan, hoe de belangrijke thema's in verhalen vorm hadden gekregen en via mondelinge en later schriftelijke overlevering aan latere generaties werd doorgegeven, in de komende voorstelling wordt ingezoomd op gebeurtenissen en thema's die ten grondslag liggen aan de christelijke beschaving. Met name de oerverhalen uit het Oude Testament. Hoe is de wereld geschapen? Via welke verhalen wordt ons duidelijk gemaakt hoe en waarom de wereld is geworden zoals wij hem ervaren? Hoe gingen, hoe gaan, wij om met oorlog, met straf, boetedoening, met loutering? Hoe verhouden wij ons tot allerlei morele wetten en voorschriften? Er is voor deze productie niet gekozen voor een bestaande, al of niet klassieke tekst. Er zijn dus geen uitgewerkte, reële karakters, zoals we gewoon zijn in de dramatische literatuur. Ook is er geen sprake van vooraf bepaalde handelingen. Er zijn alleen de acteurs, de musici, een regisseur die de creativiteit stimuleert en kanaliseert, en de ideeën die vanuit het samenspel tijdens de repetities ontwikkeld en uitgewerkt worden.

Narren

Als vorm heeft Greidanus gekozen voor een wereld die hem zeer vertrouwd is en waar hij als geen ander affectie mee heeft, die van de narren. Ze stellen ons in staat via een spiegel naar onszelf te kijken. Vertekend weliswaar, maar daardoor ontstaat een vele malen scherper beeld van onze zwakke plekken. We lachen erom, zeker, maar niet in de laatste plaats omdat we essenties herkennen van onze eigen tekortkomingen. Vele malen heeft Aus Greidanus als acteur blijk gegeven van zijn liefde voor de bij dit genre horende acts, de theatrale overdrijvingen. Maar ook voor de verstilling die daar bijna onlosmakelijk deel van uitmaakt. Wie de regies van Greidanus kent, en met name zijn ensceneringen van moderne Duitstalige auteurs, weet dat de regisseur zal proberen afstand te nemen van de wereld van de dopneus, de grote flapschoenen, de romantische zand-en-zaagsel-sfeer van het circus. Daarvoor is het materiaal ook vaak te boosaardig van karakter.

Werkwijze

Op de eerste repetitiedag vindt meestal de lezing plaats. Naast inleidingen van de regisseur en anderen die bij de voorstelling betrokken zijn, wordt het stuk voor het eerst hardop, in rollen gelezen. Voor de eerste maal wordt ervaren hoe een en ander misschien kan gaan klinken. Sommigen maken voor het eerst kennis met het stuk dat hen de komende maanden zo intensief zal bezig houden. Anderen hebben al grote stukken tekst uit het hoofd geleerd en proberen allerlei privé-interpretaties uit. Bij En God zag dat het goed was gebeurt niets van dit alles. Geen script, geen teksten, geen maquettes van het decor of kostuumschetsen. Midden op tafel ligt alleen een enorme stapel onbeschreven, onbedrukt papier. Zoals een toneelschrijver in het hele proces naar een voorstelling degene is die met een wit vel begint, zo begint ook de repetitieperiode van de nieuwe grote-zaal-productie van Toneelgroep De Appel met louter blank papier. Toch wordt niet helemaal met niets begonnen. Gezamenlijk verleden en kennis van het metier maken dat er binnen de kortst mogelijke tijd een band ontstaat. Geen wonder, want Aus Greidanus is erin geslaagd een heel bijzondere club acteurs om zich heen te verzamelen. Collega's die zich met recht specialist mogen noemen en die kunnen putten uit een schat aan theatrale ervaring. Hetzelfde kan gezegd worden van de musici, de vormgevers en - niet in de laatste plaats ? van hemzelf, inspirator en regisseur van de te maken voorstelling. Voortdurend ontstaan discussies over het wezen van acts, van komische personages; hun dubbelzinnigheid, hun boosaardigheid, hun rechtlijnigheid, hun nuances. Het is de atmosfeer waarin Greidanus zich thuis voelt. In de beginjaren van Toneelgroep De Appel is hij daar ooit mee begonnen. Het betrof de improvisatievoorstellingen die destijds, met Peter van der Linden als creatieve motor, werden gemaakt. Later bouwde Aus Greidanus in eigen acts, maar ook als regisseur van bijvoorbeeld het clownsproject Oh Neus, bij de toenmalige Toneelgroep Theater, zijn ervaringen uit. Na als docent enkele clownsprojecten op de toneelschool te hebben gerealiseerd en na zijn onvergetelijke creatie van Truffaldino, in de Appelvoorstelling De knecht van twee meesters, achtte Greidanus het moment aangebroken voor een speelse, groot opgezette improvisatievoorstelling.

Improvisaties

De repetities bestaan beurtelings uit brainstormsessies, gevolgd door improvisaties waarin wordt onderzocht of het materiaal dat is aangedragen zich ook leent voor een theatrale uitwerking in de praktijk. Inhoudelijk komen tal van aspecten aan de orde die te rangschikken zijn onder de noemer christelijke moraal. In het verlengde daarvan wordt ingezoomd op elementen die deel uitmaken van de Zeven Hoofdzonden (woede, vraatzucht, wellust, jaloezie, luiheid, hoogmoed en hebzucht). Daarnaast worden vragen gesteld over de relatie tussen straf, boete en loutering en over het wezen van de mens. Is hij in wezen goed, of juist geneigd tot alle kwaad. En valt daar nog wat aan te veranderen? Na een paar dagen improviseren op deze thema's worden de resultaten aan elkaar getoond en besproken waarna door Aus Greidanus nieuwe opdrachten worden geformuleerd. Inspiratie en creativiteit zijn kernwoorden. Het gaat de regisseur, in dit geval ook acteur en stimulator, in de eerste plaats om het bewaken van het werkproces. Voortdurend moeten de resultaten worden getoetst op hun inhoudelijkheid en dient te worden gezorgd dat de atmosfeer waaronder gewerkt wordt, optimale creativiteit kan opleveren. Naast inspiratie vergt een dergelijke werkwijze een groot vertrouwen. In de regisseur. In elkaar. Het kan wel eens een doorslaggevende factor zijn in dit - opnieuw - uitzonderlijke project. (w.t.uit: Appelberichten 151)
| Meer