Motel Detroit 1
06 Festival

Appel en Wereld 2005/2006 06 Festival Het bezoek van een NGO aan Afrika

In Het bezoek van een oude dame duikt een steenrijke dame op in een verpauperd dorp. Ze biedt het dorp een onwaarschijnlijk groot bedrag aan in ruil voor een moord. Laatst zag ik de film Darwins Nightmare (regie Hubert Sauper, 2004). Deze documentairefilm gaat over het Victoriameer. Een goede veertig jaar geleden bracht een rijke blanke man een nijlbaars of twee mee naar het meer. Hij liet ze bij wijze van experiment vrij. De roofzuchtige vis heeft ondertussen het gehele visbestand van dit meer opgegeten. Er leeft nog slechts één vissoort in het Victoriameer; de Nijlbaars. Momenteel eet hij zichzelf op. Kannibalisme noemt men dit in het Westen. Toch wordt de Nijlbaars in bepaalde kringen uitgeroepen tot redder van de arme bevolking die aan de kust van het meer leeft. De visserij leeft op. Er wordt elke dag 500 ton Nijlbaars uitgevoerd naar Europa. De Euro's rollen. In de film zit een scène die me deed denken aan Het bezoek van een oude dame. Een delegatie van de Europese Unie (goed doorvoedde blanke ambtenaren) komt de visverwerkingsbedrijven keuren op hygiëne en gezondheidsregels. De delegatie is zeer tevreden omdat binnen een kort tijdsbestek de Europese standaardnormen bereikt zijn. Uitvoer naar Europa was geen enkel probleem. Schrijnend is dat er ondertussen in Tanzania een hongersnood heerst, terwijl er dagelijks 500 ton vis wordt uitgevoerd naar Europa. Schrijnend is dat de arme vissers zich moeten voeden met het visafval van de visverwerkingsbedrijven. Afval en karkassen die ze half rottend laten drogen en daarna op de plaatselijke markten verkopen om 'soep' van te maken. De metafoor die ik wil maken lijkt misschien vergezocht, maar het stemt tot nadenken. De oude rijke dame Europa bezoekt het arme Afrika. Ze heeft miljoenen Euro's steun bij zich en wil die graag geven. Maar onder welke voorwaarden?

 

In New African (augustus/september 2005) stond een onthutsend artikel van Rotimi Sankore: What are NGO's really doing in Africa? Onthutsend? Althans voor een Westers oog. In de tijd van het ouderwetse kolonialisme stuurden de grootmachten hun ambtenaren naar Afrika om daar te leven om via een direct bestuur de gekoloniseerde gebieden te leiden. Nu doen ze dat indirect via NGO's (Niet Gouvernementele Organisatie). In dit artikel bekijkt Sankore de activiteiten van duizenden buitenlandse NGO's en hun locale spin off organisaties die het Afrikaanse continent in hun greep hebben en vraagt hij zich af of zij niet de nieuwe kolonisators zijn.

Toen in het begin van zomer 2005 de rijke landen de schuld van de armste landen kwijtscholden was de Nigeriaanse regering overgelukkig. Er werd onmiddellijk een ontwikkelingscomité in het leven geroepen dat zich ging buigen over wat er met het vrijgekomen geld moest gebeuren. De Nigeriaanse president werd voorzitter van dit comité. Het comité bestaat ook uit afgevaardigden twee internationale NGO's; Oxfam en ActionChild. Zij gaan mede de ontwikkelingsdoelen van het geld bepalen. Sankore: 'Anyone remotely familiar with the nature of executive presidencies, and in particular Obasanjo's presidency, will know that monitoring by the president means nothing will happen to the money without his and the committees approval.' (p.13) Meer nog, twee internationale ontwikkelingsorganisaties gaan hem daarbij helpen zonder dat zij daarvoor een electoraal of democratisch mandaat hebben.

Deze stap, van advisering en campagnevoeren overgaan naar actieve deelname in politieke beslissingen, is uniek in de geschiedenis. Het roept vragen op. Betekent dit dat we een nieuwe fase ingaan waar niet gekozen afgevaardigden van internationale NGO's deel gaan nemen aan het directe bestuur van Afrikaanse landen? Ontstaat hier niet een nieuw type van kolonisatie? Is het aanvaardbaarder dat er nu NGO's in de regeringscomités zitten in plaats van afgevaardigden van de Wereldbank, het Internationaal Monetair Fonds, van buitenlandse regeringen of van multinationals? Hiermee wil Sankore niet zeggen dat hun doelstellingen dezelfde zijn! Want dat zijn ze niet! Net zoals de vroegere koloniale regeringen, de wetenschappelijke expedities, de multinationals en de missionarissen ook niet dezelfde doelstellingen hadden in Afrika. Het enige subtiele doel dat zij gemeen hadden was dat zij de inboorlingen 'beschaving' brachten. Afgezien van hun goede bedoelingen; als NGO's onwetend een dekmantel worden voor bedrieglijke oplossingen, betekent dit dan niet dat zij deel uitmaken van het probleem? Of hebben degenen die beweren dat Afrikanen hun eigen land niet kunnen besturen gelijk?

 

Als grote delen van Afrika bestuursproblemen hebben en verscheurd worden door armoede, dan wordt dit veroorzaakt door meer dan vijf eeuwen buitenlandse interventie die elke mogelijke geïnstitutionaliseerde ontwikkeling ondermijnd heeft. Natuurlijk is dit niet de enige reden, geeft Sankore zichzelf relativerend aan, maar het is wel de hoofdreden. Hij geeft een korte opsomming van de bedoelde interventies en hun gevolgen. Vierhonderd jaar ongecontroleerde roof en slavernij die door de belangrijkste Europese grootmachten werd gesteund. Zij zijn verantwoordelijk voor de moord en deportatie van meer dan 100 miljoen Afrikanen. Hierdoor werd elke sociale en politieke ontwikkeling eeuwenlang verstoord. Terwijl slavernij in Europa een fabuleuze rijkdom creëerde en de basis legde voor de moderne industriële groei in Noord Amerika en Europa. Daarna komt er een fase van koloniale repressie die op sommige plaatsen meer dan honderd jaar duurde en tot de dood leidde van tienduizenden potentiële Afrikaanse leiders. Tegelijkertijd werd het kader bureaucratie en repressieve wetgevende macht gecreëerd waar multinationals een optimaal voordeel uit konden halen bij de exploitatie van natuurlijke bronnen. Het opleiden en in stand houden van brutale politiekrachten in Afrikaanse landen maakte deel uit van deze politiek. Net als het in stand houden van dictatoriale regimes (Idi Amin Dada in Oeganda en Mobutu in Zaïre). Staatsgreep volgde op staatsgreep en de intelligentsia uit diverse sectoren werden vermoord, onderdrukt of verbannen (Lulumba in Zaïre bijvoorbeeld). Door die politieke instabiliteit desintegreerden deze landen en gleden ze weg in een eindeloze cyclus van oorlog en conflict. Sankore onderstreept nadrukkelijk dat de meeste Afrikaanse landen slechts tussen 10 à 50 jaar onafhankelijk zijn en dat gedurende die periode zij grotendeels geregeerd werden door dictators die steun kregen dankzij de Koude Oorlog (de strijd tegen het communisme en vice versa). In ruil voor steun uit het Westen moesten de Afrikaanse regeringen akkoord gaan dat zij hun economieën open zetten voor nog meer exploitatie. Waardoor deze landen meer spendeerden aan het afbetalen van een dubieuze schuldberg dan aan hun eigen noden zoals onderwijs, gezondheid, behuizing enz. Tot op de dag van vandaag spendeert Sierra Leone meer aan het afbetalen van haar schuld dan aan onderwijs en gezondheid, terwijl haar diamanten geëxploiteerd worden door een kleine kartelgroep.

 

Sankore verzet zich resoluut tegen het perverse beeld van het arme Afrika. Het is niet de armoede die het rijke Westen in Afrika exploiteert, het zijn haar natuurlijke rijkdommen. Wanneer de Westerse mogendheden nu schreeuwen om meer democratie als voorwaarde voor hun financiële steun of het kwijtschelden van hun schuld, vergeten ze dat zij verantwoordelijk zijn voor het aan de macht brengen van de Idi Amin Dada's en de Mobutu's. Wanneer internationale NGO's eisen dat meer democratie, vrije handel en schuldkwijtschelding nodig zijn en zij zichzelf daarentegen vrijwillig kandidaat stellen om dat democratische bestuur in die landen te implementeren, dan worden ze deel van een eeuwenlang probleem, ook al zorgen ze daarmee voor levensnoodzakelijke oplossingen die op korte termijn levens kunnen redden. NGO's blijven de stereotype beeldvorming van Afrika gebruiken in hun campagnes; een continent dat verstrikt is in een web van armoede. Jaar in jaar uit blijven deze organisaties pornografische beelden van Afrikaanse armoede in hun campagnes gebruiken om geld in te zamelen (waarmee men vandaag een weinig aantal mensen redt om er morgen nog meer te verliezen). Is dit naïviteit of onwetendheid? NGO's blijven in hun werking en hun campagnes de historische realiteit negeren. Alsof de roep om eerlijke handel, meer ontwikkelingshulp en schuldkwijtschelding op zichzelf blijvende oplossingen zijn. Hoe zou Europa er aan toe zijn wanneer het beroofd was geweest 100 miljoen van haar burgers in een periode van 400 jaar? Wanneer tienduizenden van haar denkers en haar potentiële politieke leiders vermoord, onderdrukt of verdreven waren? Wanneer het meer dan honderd jaar beroofd was geweest van haar natuurlijke rijkdommen? Europa zou er niet beter voorgestaan hebben dan Afrika nu. Economen en ontwikkelingsexperts hebben berekend en toegegeven dat voor elke dollar hulp die naar het Zuiden gaat, Westerse economische belangengroepen minimaal twee dollar terugverdienen. New African is een Afrikaans tijdschrift waaruit het groeiende bewustzijn van Afrika blijkt. Sankore's artikel is scherp en heel kritisch tegenover de Westerse ontwikkelingshulp en de NGO's die daar hun produkt van hebben gemaakt. Firoze Manji en Carl O'Coill gaan nog een stap verder: 'the evolution of the role of NGO's in development represents a continuity of the work of their precursors - the missionaries and voluntary organisations that cooperated in Europe's colonisation and control of Africa.' (p.16) In hun artikel NGO's a tainted history schrijven ze dat het werk van de NGO's slechts voor een klein deel bijdraagt tot het bestrijden van de armoede. Integendeel, het ondermijnt de strijd van het Afrikaanse volk om zich te bevrijden van economische, sociale en politieke onderdrukking. NGO's zouden, en sommigen doen dat ook, een rol kunnen spelen in het ondersteunen van deze emancipatorische ontwikkeling. Dit zou betekenen dat ze af zien van hun bevoogdende rol in de ontwikkelingshulp.

 

Het belangrijkste punt dat Sankore en zijn collega's maken is de vraag in hoeverre de NGO's zich laten meeslepen door de wetten van neoliberale globalisering. Is het nodig dat NGO's zich op bestuurlijk vlak gaan bemoeien met Afrikaanse landen? Schrijven zij zich dan niet in een traditie van bevoogdend kolonialisme? Is Afrika gebaat met dergelijke hulp? Het zijn vragen waarop ik geen antwoord heb, maar die wel de kritische geest stimuleren. En daarin ligt het belang van dergelijke artikelen en het belang om ze onder de aandacht te brengen. Daarom wil ik graag mijn vraag herhalen. Een vraag die tijdens het lezen van deze artikelen en het zien van de film bij me op kwam en die niet direct te maken heeft met Het bezoek. De oude rijke dame Europa bezoekt het arme Afrika. Ze heeft miljoenen Euro's steun bij zich en wil die graag geven. Maar onder welke voorwaarden?

 

Om af te sluiten keer ik even terug naar Darwins Nightmare. Om de visexport naar Europa vlot te laten verlopen werden er kleine vliegvelden aangelegd. Dagelijks landen er voornamelijk Oost Europese vliegtuigen. In de film wordt de crew van een Russisch vliegtuig ondervraagt. Er wordt gevraagd wat de vliegtuigen naar Afrika meebrengen vanuit Europa. Nadat er in eerste instantie beweerd wordt dat de vliegtuigen leeg terugkeren uit Europa blijkt al snel dat dit niet geval is. De grote wapenhandelaren van het Westen gebruiken de vliegvelden (waarop weinig of geen controle is) om wapens uit te voeren en te verkopen aan de grote brandhaarden van Afrika (Angola, Kongo en Ruanda)

Alain Pringels

 

Bronnen:
Rotimi Sankore, What are the NGO's doing?, in New African, nr 443, aug/sep 2005
Firoze Manji & Carl O'Coill, NGO's a tainted history, New African, nr 443, aug/sep 2005
Michael Onyanyo, NGO's pseudo governments or surrogates of Western powers?, New African, nr 443, aug/sep 2005
Darwins Nightmare, regie Hubert Sauper, 2004 (België/Oostenrijk/Frankrijk)
Voor Darwins Nightmare zie www.filmhuisdenhaag.nl

| Meer