Cape Fear 1
Peer Gynt (2)

Inhoud Peer Gynt - seizoen 2002/2003

Het veelkleurige leven van een fantast

scène uit de voorstellingDe Appel heeft een traditie als het erom gaat de theaterruimte flink onder handen te nemen. Verschillende generaties vormgevers hebben zich aan de Duinstraat uitgeleefd om de mogelijkheden en - vooral vaak - de onmogelijkheden van het Appeltheater te beproeven. Het resultaat was in vrijwel alle gevallen aangenaam verwarrend en onzeker, wonderwel passend bij de te spelen voorstelling.

Voor Peer Gynt heeft vormgever Guus van Geffen weer eens ouderwets flink uitgepakt. Geen uitgetimmerde zetstukken, die meegenomen kunnen worden op reis, of na de laatste voorstelling efficiënt opgeslagen kunnen worden 'voor het geval dat'. Niets namaak. Met vrachtwagens zijn tonnen staal en glas aangevoerd. Om de illusie van een verlaten industrieel complex eind 19e eeuw vorm te geven. Eigenlijk wordt Peer Gynt op locatie gespeeld. Alleen wordt in dit geval de locatie in het Appeltheater opgebouwd. Wekenlang is er door de technici gebouwd, gelast, is er gebroken en gegraven. En dat alles voor een toneelstuk ... Maar wat voor stuk!

Al meer dan tien jaar duikt Peer Gynt op in de verschillende wensenlijstjes die bij De Appel circuleren. Hieruit blijkt een nog steeds levende fascinatie voor het stuk. De Appel heeft het stuk al eens eerder gespeeld. Bijna dertig jaar geleden, in het tweede jaar van haar bestaan, in het piepkleine toenmalige Theater aan de Haven, bewerkt voor een zevental acteurs. Inmiddels beschikt de groep over een groter theater en zijn de financiële mogelijkheden zodanig verruimd dat we in staat zijn een voorstelling uit te brengen die qua toonzetting en theatrale mogelijkheden aansluit bij de boog die Ibsen spant om het rijke, veelkleurige leven van Peer Gynt in volle omvang te omvatten.

Hoofdthema

Ibsen confronteert ons met de onbezonnen opschepper en fantast Peer Gynt. In de eerste zin van het stuk maakt Aase haar zoon het verwijt: 'Peer, je liegt'. Waarop de jongen antwoordt: 'Het is de waarheid'. Eigenlijk heeft Ibsen hiermee de toon gezet, heeft hij het hoofdthema van zijn stuk aangegeven. Hij hanteert hier eigenlijk een zelfde techniek als Shakespeare. Ook zíjn stukken beginnen immers veelal met een tekst die is op te vatten als de thematische kern ervan.

Ibsen beschrijft het leven van een man in drie fasen. In het begin maken we kennis met de jonge opschepper, de onbezonnen leugenaar Peer Gynt. Hij is de schelm, met onmiskenbaar ontwapenend sympathieke trekken. Maar Peer heeft ook een tegenkant. In zijn denkbeeldige wereld ontwikkelt hij zich tevens tot een gewetenloze egoïst die volstrekt gelooft in zijn opgeklopte fantasieën en zich niet bekommert om de slachtoffers die hij maakt. Als hij Ingrid op haar trouwdag ontvoert beleven zij hoog in de bergen stormachtige, onvergetelijke momenten. Het meisje voelt zich bevrijd van het op handen zijnde verstandshuwelijk met de saaie slome Mads Mooyen. In haar laait een minstens even hevig vuur als in Peer en ze laat zich dan ook met alle gretigheid door hem naar de toppen van het gebergte sleuren. Vol overgave geeft zij zich over aan zijn stormachtige fantasieën. Maar als hij haar genomen heeft maakt Peer bruut een einde aan de folie-à-deux en verstoot haar. Hij laat zich verleiden door de dochter van de Trollenkoning. En door de bruidsschat die in het verschiet ligt. Ondanks wat aanvankelijke bezwaren, voegt hij zich snel naar de typische gebruiken van het trollenvolk. Op het nippertje weet Peer, gered door de verre klank van kerkklokken, te voorkomen dat hij definitief een trol wordt. Wel houdt hij zich zijn verdere leven aan het motto van het vreemde volkje: wees jezelf genoeg. In tegenstelling tot het motto van de mens: wees jezelf. Het alleen aan zichzelf denken, doet hem Solvey, het deugdzame meisje uit zijn jeugd, dat altijd van hem is blijven houden, vergeten. Hij luistert liever naar de raad die een geheimzinnige trolachtige, de Kromme, hem geeft: ga eromheen. Dat is wat hij voortaan doet. Niet ergens recht op af, maar er omheen. Steeds de makkelijke weg kiezend: schipperen, glijden, er langs in plaats van er recht op af.

Handel

In zijn tweede levensfase loopt Peer al tegen de zestig. Hij is steenrijk en bevindt zich met enkele internationale zakenlieden op het strand van Marokko. Het is hem financieel niet slecht vergaan. Schaamteloos heeft hij zich in de handel gestort, slaven vooral. Als het tij echter keert en de slavenhandel uit de gunst raakt stort hij zich even hartstochtelijk op het naar China exporteren van missionarissen, inclusief de bijbehorende bijbels, zwarte kousen en het importeren van heiligenbeelden. Als het maar geld oplevert. Aan Solvey denkt hij allang niet meer. Daarvoor is zijn leven te afwisselend, te spannend. Hij heeft heel andere plannen. Keizer van de wereld wil hij worden. Het brengt hem voorlopig niet verder dan het krankzinnigengesticht van Caïro.

Dilemma

In grote taferelen laat Ibsen ons het dilemma van Peer Gynt zien: terwijl hij denkt dat hij zichzelf is, dat hij heel dicht bij zijn kern, het Gyntse Ik blijft, is Peer niet meer dan een trol, die hebzuchtig gehoorzaamt aan de Kromme, die hem steeds de makkelijkste weg doet kiezen.

Ibsen, die vrijwel zijn hele werkzame schrijversleven buiten Noorwegen heeft verkeerd, heeft voor Peer Gynt geput uit de wereld zoals hij die kende uit de Noorse volkssprookjes. Tal van schijnbaar onbelangrijke details zijn te herleiden naar deze bron. Het stelde de auteur in staat een volstrek eigen wereld te creëren waarin hij naar hartelust kon spelen met plaats en tijd.

Vertaling/bewerking

De vertaling/bewerking van Watze Tiesema en Aus Greidanus wijkt op sommige punten af van de gespeelde tekst.

En verder...

| Meer