Cape Fear 3
Het bezoek

Lees verder over Dürrenmatt; zijn visie op theater

In Theaterprobleme (1955) ontwikkelt hij zijn ideeën over tragikomedie. Dürrenmatt wil het begrijpen van de wereld corrigeren. Schillers tragedie concept werkt niet meer omdat dit een eenduidige wereldbeschouwing vooronderstelt. In het nucleaire tijdperk kunnen we het tragische alleen zichtbaar maken door middel van het komische.

Net als Bertolt Brecht in zijn epische theater wil ook Dürrenmatt dat zijn toeschouwers op een afstand naar de gebeurtenissen op het toneel kijken. Ze mogen de personages niet als passieve consumenten gebruiken maar ze moeten tot nadenken aangespoord worden. Daarvoor gebruikt hij de vervreemdingstechniek als stijlmiddel waarbij hij het algemeen bekende in vraag stelt en de paradoxen in onze samenleving blootlegt. Zo brengt hij schijnbaar onverenigbare stijlen zoals de tragedie en het groteske bij elkaar. In tegenstelling tot Brecht kadert hij zijn stukken niet binnen een ideologische wereldbeschouwing (zoals het Marxisme bij Brecht).

In Theaterprobleme, een tekst uit 1955, stelt Dürrenmatt dat het wordings- of ordeningsprincipe van de werkelijkheid niet te overzien is. Het is dan ook onmogelijk voor de mens om de werkelijkheid te beïnvloeden. Met deze stelling zet hij zich af tegen het Brechtsiaanse theater. Brecht wilde de toeschouwer wijzen op de veranderlijkheid van de werkelijkheid en hem op die manier voorbereiden op die verandering. Voor Dürrenmatt moeten de dramatische helden van het moderne theater mensen zijn die de ondoorzichtigheid van de werkelijkheid accepteren en tegelijkertijd het verlangen om de werkelijke verhoudingen te beïnvloeden, opgeven. De personages van Dürrenmatt zijn alleen bezeten door de wens om in de wereld te bestaan. Zo ontstaat bij Dürrenmatt een voor hem heel eigen vorm van tragikomedie. (Alain Pringels)

'De chaos is universeel. De wereld (of het toneel waar de wereld wordt gerepresenteerd) is voor mij iets monsterlijks, een raadselachtig toeval dat aanvaard moet worden maar waar tegenover men niet mag capituleren. De wereld is veel grootser dan om het even welke mens, en vormt daardoor een bedreiging voor hem. Als men even buiten de wereld kon staan zou het niet langer een bedreiging zijn. Maar daartoe heb ik noch het recht, noch de bekwaamheid. Troost vinden in poëzie kan goedkoop lijken; maar het is een eerlijke manier om je menselijke standpunt te behouden.'(uit Problems of the Theatre, 1955, e.v.)

| Meer