Motel Detroit 1
Het bezoek

Lees verder over Gerardjan Rijnders

Het voortdurend stellen van pijnlijke vragen

'Rijnders werk is één grote studie in schaamteloosheid. Niemand communiceert gewoon, contact waar nog wat menslijkheid vanaf straalt is zeldzaam. Onredelijkheid voert de boventoon, gezond verstand is met een zaklantaarn te zoeken. Maar de theatermaker Gerardjan Rijnders weigert zich bij dit alles neer te leggen. In de wetenschap dat de complexiteit van het oeuvre van een kunstenaar niet of nauwelijks in woorden te vatten is, komen begrippen als verscheurdheid, boosheid en woede nog het dichtst in de buurt. Misschien wel juist de pure woede, over dat de wereld is zoals ze is. Woede over het feit dat in het journaal Somalische scharminkels en Bosnische zwerfkinderen moeiteloos in één ademtocht worden vermeld met de prangende levensvraag, of de mensen die op een bestaansminimum leven, er in 1996 nu 0,4 of 0,5 procent in koopkracht op voor- of achteruit moeten gaan. Een meedogenloze wereld vraagt om meedogenloos theater. Hij (Rijnders) weet waarom hij in welk stuk wil gaan wonen, welk materiaal hij wil gebruiken, en welke stijlmiddelen bij die tijdelijke bewoning wel en niet geoorloofd zijn. Het fraaie intrigerende, ongrijpbare van zijn oeuvre is, dat het een schaamteloze demonstratie lijkt te zijn van wat toneel in de dagelijkse praktijk altijd is: zoeken, prutsen, ploeteren op de vierkante millimeter. Alles uitproberen, alles gebruiken: citaat, cliché, pose, kitsch, travestie, kaalslag. En uiteindelijk steeds opnieuw: het maken van scherpe keuzes. Keuzes op grond van vaak simpele vragen. Om via de pogingen tot antwoorden op die vragen, tot de kern van een tekst door te dringen. Rijnders is daarmee verwant aan de groten van het Europese theater.'  (bron: Etcetera, 1995)

Rijnders: 'Doe maar niet gewoon alsof. Kies per seconde wat je denkt en wat je voelt en wat je wilt laten zien. Daar ga ik op door. Daar ben ik dichtbij. Laat maar zien dat het eigenlijk niets reëels heeft, theater. Dat het stuk en de voorstelling een kunstnatuurcatastrofe zijn.'  (bron: Etcetera, 1995)

Rijnders: 'Wat is echt? Sommigen kunnen op bevel tranen produceren. Ik ken zelfs een actrice die je kunt vragen bij die en die komma te huilen. Maar hoe 'echt' is dat 'echt' huilen? Meteen na afloop van de scène heeft ze vaak dolle pret, gelukkig.'
(bron: Kester Freriks & Gerardjan Rijnders, Tranen op bevel, Een polemiek over theater, Veen, Amsterdam/Antwerpen, 1992)

| Meer